08 september 2007

Het verlangen naar een boek

In je leven zou je een boom moeten planten en een boek schrijven. Dat hoorde ik een tijdje terug. In de categorie ‘onderwerpen die me onrustig maken’ scoort dat tweede behoorlijk hoog. Die boom, daar kan ik rustig aan denken. De gedachte alleen al is genoeg om te weten dat het in orde is. Maar dat boek, dat is wat anders… Soms staat een boek voor alles in het leven, en soms is een boek ook echt een boek.

Vanmiddag was ik op weg naar Antwerpen om een boek op te halen waar mijn naam op staat. In de loop van de voorbije jaren maakte ik enkele kleine boekjes voor de kinderen van mijn zus. En met de hulp van een vriendin zijn ze nu als een boek gedrukt. Ik was benieuwd om te zien hoe het zou zijn. Het ontroerde me erg. Op de weg terug met een stapeltje boeken in mijn tas begon ik toch maar te lezen in het boek met mijn naam op.

Waarom is het zo ingewikkeld? Het zal denk ik niet anders zijn voor mensen die voor het eerst een plaat vasthouden met hun liedjes erop of die door een ruimte lopen waar hun foto’s hangen, voor iedereen te zien als ze al zouden komen. Er is ooit ergens een verlangen geweest naar iets dat er nog niet is, en dat ergens in jou zou kunnen schuilen.

Je kunt nooit weten welk boek het boek is dat je zou moeten schrijven. Maar je kunt wel altijd de afstand voelen tot waar het zich bevindt. Het verlangen kan zo groot zijn dat het pijn doet. Je ziet ergens de woorden die je voorzichtig uit het rek moet halen om ze voor je uit te spreiden. Je voelt in je buik het ritme van de zinnen die daaruit zullen volgen, als kon het alleen zo zijn. Je kunt bijna ruiken hoe ze het verhaal in zichzelf zullen zoeken en zo een plek creëren die er daarvoor nog niet was, en die alleen daar, in de ruimte tussen de woorden kon ontstaan. Je kunt al die dingen zien, en soms weet je dat je nooit daar zult komen waar ze zijn. Omdat je armen te kort zijn. Door te weinig talent, te weinig moed om die plekken van jezelf te betreden waar het pijn doet als je de woorden toelaat terwijl je weet dat alleen voorbij die plekken iets van een redding bestaat, te veel schrik voor woorden met haken, te weinig leven dat tot vertellen kan aanzetten. Of het werkelijkheden zijn, of smoezen om te vluchten, weet je niet.

En je leest de woorden die ooit uit jouw handen kwamen. Je ziet waar de zinnen aarzelen. Je ziet hoe de beelden zich na even weer steeds naar elkaar toe trekken. Tot ze het vertrouwde domein bereiken van waar ze zichzelf kunnen schrijven. Soms vraag je je verwonderd af waar die woorden vandaan komen. Soms lijkt het alsof er een ritme is dat de dingen bij elkaar houdt. En soms voel je hoe de klanken verkeerd zijn. Hoe het falen met moeite verborgen is. En in een moment van mildheid wil je jezelf doen geloven dat dit een vingeroefening zou kunnen zijn van het boek. Het boek.

Soms is het verlangen naar het boek gemakkelijker te beschrijven dan het boek zelf. Misschien is dat bij echte schrijvers ook wel zo. Misschien maken ze hun boeken uit onrust, om het verlangen te bedwingen. Falen ze keer op keer, uit overmoed. Omdat ze blijven hopen dat ze ooit hun boek zullen schrijven.

Ik denk aan die mooie zinnen uit het verhaal van Nescio: “Een groot dichter zijn en dan te vallen. Maar er kwam nooit wat van, want als je een dichtertje bent, dan loopen de mooiste meisjes altijd aan den overkant van de gracht. En zoo werd z’n heele leven één gedicht, wat ook vervelend wordt.” Of ik denk aan de hoofdfiguur uit La Peste van Camus die telkens opnieuw zijn eerste zin herschrijft, hopend ooit een meesterwerk te kunnen maken. Het is allemaal tevergeefs. Of aan dat gesprek tussen George Harrison en Bob Dylan. Harrison vraagt aan Dylan: “Where do you get all these words?” En Dylan antwoordt: “Where do you get all these chords?”

Misschien rust er troost in het besef dat je nooit zult bereiken waarnaar je verlangt. Misschien is het gemakkelijker te aanvaarden wat je niet kunt. Misschien kunnen korte armen evenveel verlangen, ook al zal het object van dat verlangen nooit gematerialiseerd worden. En misschien kun je ondertussen gewoon wat aanrommelen, het geeft niet.

Zouden er mensen zijn die weten wanneer ze het boek geschreven hebben dat ze moesten schrijven? En zouden ze daarna dan de rust gevonden hebben die ze zochten? Je zou het willen weten.

Geen opmerkingen: