Verwarrend, zoals steeds. In de literaire katern enkele stukken over het e-book. Ik was er met tegenzin aan begonnen, wil eigenlijk instinctief niets te maken hebben met dit onderwerp. Waarop meteen een debat ontstond in mijn hoofd. Dat ik niet conservatief of nostalgisch mag zijn. Dat ik me steeds open moet stellen voor nieuwe ontwikkelingen. Dat ik op zijn minst moet lezen waarover het gaat, waarna ik nog altijd mijn mening kan behouden of wijzigen.
Het staat er netjes uitgelegd: “Een e-boek is een boek in digitale vorm. Kan worden gelezen op een computer, op sommige gsm’s en op een gespecialiseerd leesapparaat, de e-book reader.” Alles wordt netjes uitgelegd. Hoe die apparaten werken, wat de voor- en nadelen zijn, hoe je leest, waar je de boeken kunt kopen, en nog veel meer. En natuurlijk beschouwingen over de ‘koudwatervrees’ die de Belg zou hebben voor dit nieuwe medium. En ik weet het nog steeds niet zo goed.
Misschien is het goed alles in een ruimer kader te zetten. Een interessant artikel handelt over de algemene trend van digitalisering van kennis, en de kansen en bedreigingen die dat biedt. Allerlei teksten staan naast en door elkaar, en de grenzen tussen wat vroeger professionals en amateurs waren vervagen steeds meer. Het baart me wel eens zorgen. Naast de enorme luxe die ik ervaar nu zoveel meer teksten via het internet bereikbaar zijn, is er soms ook verwarring. De druk op kranten en andere media om vooral sneller en ‘marktgericht’ te werken heeft stilaan een kritische grens bereikt. De maatschappelijke en politieke wereld wordt steeds meer meegesleurd in een heilloos en meedogenloos tempo. Om kwaliteit te maken, is tijd nodig. Om die tot je te laten komen ook. Vroeger hadden media een status. Ze waren relatief beperkt in aantal, maar hadden daardoor ook een zeker gezag. Via alle nieuwe communicatiemedia is het hele veld gedemocratiseerd – ik geniet er zelf ook elke dag van – maar tegelijk is er een stortvloed aan meningen en oordelen die allemaal naast elkaar staan, zonder enig onderscheid. En soms mag er natuurlijk ook wel eens gezwegen worden...
Maar wat nu met het e-book? Het voordeel van ouder worden is dat je met een geruster hart ook ouder kunt zijn. Je hoeft niet meer zo nodig hip te zijn, omdat dat van je verwacht wordt. Ik ben absoluut niet vies van nieuwe technologie, maar een kick krijg ik er niet van. Mijn mobiele telefoon is liefst van een goede kwaliteit, maar ik wil hem alleen maar gebruiken om te bellen en te sms’en. Ik hoef geen iPod of iPhone. Na lang aarzelen heb ik ook een digitaal fototoestel gekocht, omdat het praktisch is, maar nooit zal het maken van foto’s nog voelen als met mijn goede oude analoge fototoestel. Mijn bewondering en fascinatie voor gedegen vakmanschap groeien alleen nog maar met de jaren. Weinig dingen zijn zo ontroerend als kijken naar een goede schrijnwerker.
Hoe moet ik dan open en niet te nostalgisch bewegen tussen de boeken? Ik hou van lezen over boeken. Dankzij de techniek kan ik nu via het net gemakkelijk literaire recensies van buitenlandse kranten lezen, en dat is zalig. Maar ik wil ook elke week in de kranten die ik lees verhalen over boeken kunnen lezen. Ik wil de krant naast me op tafel kunnen uitspreiden tijdens het ontbijt, of op de trein kunnen uitvouwen tot de grootte die het aantal mensen rondom mij toestaat. Maar even belangrijk vind ik dat de kwaliteit van die besprekingen goed is. Ik wil kunnen voelen dat de recensent zijn of haar best heeft gedaan (of kunnen doen) om een onderbouwde en respectvolle bespreking te maken. Ik wil niet alleen maar interviews lezen, maar wel degelijke stukken die getuigen van liefde voor het boek, en niet voor de markt.
Maar het boek zelf wil ik toch op papier houden. Boeken moet je kunnen aanraken, kunnen ruiken. Ze moeten de ruimte in je huis kunnen innemen, en misschien wel overwoekeren. Je moet ze kunnen inpakken en aan iemand kunnen geven. Dat gevoel kan nooit vervangen worden door een boekenbon of een cd of stick of mail met dan een elektronisch boek. Er moeten enkele activiteiten zijn waarbij om ze uit te voeren geen elektronica nodig is. (Boeken hebben niet voor niets veel met de liefde te maken.) Boeken moeten je kunnen aankijken. Ze moeten je kunnen lokken en verleiden, alleen al door hun aanwezigheid. Een apparaat zal dat nooit kunnen. Je moet op een bepaalde manier bewegen met een boek tijdens het lezen. De rug van het boek mag nooit gebroken worden, om maar iets te zeggen. Een boek moet je kunnen kopen in een goede boekhandel, een ruimte die vervuld is van liefde en verlangen. Een plek waar je ook alle boeken ziet die je niet wilt kopen, voorlopig toch niet. Een plek waarvan je weet dat ze er allemaal zijn. Ik kan me niet voorstellen dat ik me ooit thuis zal voelen in een internetboekhandel, en zeker niet in een e-bookshop. Boeken moeten in de weg kunnen liggen, in stapels van nog te lezen. Ze moeten zo je leven kunnen verstoren door tegelijk hunkering op te wekken. Op de trein moet je kunnen dromen door te kijken naar de boeken die anderen lezen. Als alle mensen alleen nog maar op kleine schermpjes zitten te kijken verdampt meteen de helft van wat kan zinderen tussen mensen.
En zo zou ik nog een tijd kunnen doorgaan. Misschien is het te veel nostalgie, misschien integendeel. Misschien denk ik er binnen enkele jaren anders over, misschien helemaal niet. Gisteren heb ik nog even de test gedaan, toen ik door de boekhandel schoof, zoekend naar een boek dat ik aan die of die cadeau wilde doen. Het is een merkwaardige mengeling van onrust, opwinding, onzekerheid en tevredenheid die je voelt op zo’n moment. En ik stelde me voor dat ik hetzelfde zou moeten doen door voor een computerscherm te zitten en te kijken in het aanbod van elektronische boeken. Een kleine rilling ging door mijn lijf. Ik nam drie boeken van de stapels, legde ze met een glimlach op de toonbank en ging gelukkig buiten. Doe mij maar een boek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten