De mevrouwen die normaal achter het raam zitten, en dat in het kader van de promotie van specifieke dienstverlening. Dienstverlening die in een aantal gevallen ervoor zorgt dat de warmteontwikkeling bij de klant kan verhogen. Vorige week zaten ze ook buiten, op het stoepje. Het zal daar binnen wel heel warm geweest zijn. In een soort bikini, nogal klein. In fluorescerend geel. Met relatief weinig huidzones aan de verbeelding overlatend. De dagen zijn weer frisser, ze staan weer aan de andere kant van het glas. De man staat voor de deur. De vrouw heeft fluorescerend roze werkkledij aan. Ze opent de deur, onderhandelt met de man over de prijs. Ze kan een lichte tegenzin nauwelijks verbergen. En ja, eerlijk gezegd, je had haar ook een iets mooiere man toegewenst.
Slenteren is een rare uitvinding. Het zorgt voor onverwachte bewegingspatronen. Het is een nauwelijks geslaagde poging om verveling te maskeren. Als zelfexcuus wordt het al eens als shoppen omschreven. Er zijn nog gradaties in shoppen. Een speciale sectie is het soldenshoppen. Normaal leidt dat tot gretige hongerige blikken, en gerichte zigzagbewegingen door de winkelstraat. Met mannen als bezemwagens, ergens achteraan. Bij hevige platdrukkende warmte op de eerste dag van de solden worden die normaal hitsige bewegingen ingedikt tot zichzelf niet overstijgend slenteren. Voor mensen van een normale lengte, zoals jij dus, is het dan dubbel vervelend als je je – op weg naar huis – door dat samenklittend geslenter moet bewegen. Misschien wel vooral omdat die pletterwarmte ervoor zorgt dat je merkt dat je niets kunt verdragen. En dat maakt je extra lastig, wat je niet wilt zijn.
Van sommige mevrouwen denk je: een rokje dat een heel klein beetje minder kort zou zijn zou misschien niet zo’n geweldig slecht idee zijn.
De mevrouwen die, op allerlei plekken, met een verbeten hevigheid zitten te wapperen met iets dat op een waaier lijkt, eender wat. En daarbij vervaarlijk de ruimte inkijken. Ze kijken je niet aan, maar het is alsof ze je met dat gebaar iets verwijten, alles verwijten, minstens de hele menselijke geschiedenis of zo. Je zou kunnen antwoorden dat men jou toch moeilijk verantwoordelijk kan stellen voor de klimaatopwarming, maar om een of andere reden zou zo’n antwoord niet geheel goed vallen, denk je. Het zou kunnen, denk je, dat de hevige hand- en polsbewegingen om de waaier te bedienen leiden tot nog meer lijden, in de vorm van verhoogde lichaamstemperatuur. Het zou kunnen dat de rusteloosheid die uit het wapperen spreekt het warmtegevoel alleen maar versterkt. Maar dat werp je maar niet in de groep.
Mevrouwen in de trein – er zijn verschillende varianten – die ervan overtuigd zijn dat hun handtas minstens een aparte zitplaats verdient. Ze kijken, als in een obsessie, naar het scherm van hun telefoon, hopend dat iedereen aan hen voorbij zal gaan, dat er niet dat vervelende moment zal zijn van iemand die vraagt of hij misschien ook zou mogen zitten. Als je het toch vraagt, volgt er een blik vol verontwaardiging, een blik die zichzelf tegelijk wijsmaakt nog heel welwillend te zijn. Iets als: u beseft niet hoe erg dit is zeker, dat ik met dit weer me er al toe moet verlagen om in een trein te gaan zitten, samen met zoveel andere en ook nog eens vieze mensen, en ik ben al zo moe van dat shoppen, weet u wel hoe druk het was in de Primark, en dat ik niet eens even een plekje voor mezelf kan hebben, beseft u dat wel? Dat is de basisuitdrukking. Er is ook een variant die hoort bij dikke mevrouwen: ziet u niet dat ik dik ben, u wilt helemaal niet naast mij zitten, beseft u dat zelf niet? Er is de mascaravariant: ik kan mijn hoofd nu niet draaien, en ik kan al helemaal niet mijn tas hier wegnemen, ik zit hier helemaal in the middle van deze mascarasessie, hoe achterlijk bent u eigenlijk dat u dat niet ziet? En ook nog de ‘later word ik beroemd’-variant: ik ben belangrijk, ziet u dat niet, ik heb talent, voor iets, in elk geval voor het weten dat ik later beroemd zal worden, u kunt dus niet zomaar in my zone komen. Allerlei varianten die je straal negeert, het is voor jou ook warm buiten.
Mevrouwen die op een al bij al behoorlijk frisse ochtend hardnekkig hun op warmte gerichte kleren aanhouden, en niet aanvullen met een extra truitje of zo. Ze zijn professioneel, in het niet laten zien van de rillingen. Ze negeren de mevrouwen die net naast hen staan, met een zweem van teleurstelling in hun ogen, omdat ze dat extra truitje toch maar wel hadden aangedaan, niet geheel onterecht, qua temperatuur, maar toch een kleine zomernederlaag.
Mevrouwen op de harde bankjes van het openluchttheater. Een mevrouw vooraan klapt bij de eerste regendruppel meteen een grote paraplu open. Regen die weer stopt na de tiende druppel. Maar vooral, verspreid over alle harde bankjes, creatieve mevrouwen. Ze blijken diverse soorten sjaals of dekentjes of truitjes uit allerlei tassen te kunnen opdiepen, om zichzelf zo, in verrassende constructies een beetje extra bij te warmen. Ze kruipen een beetje dichter tegen een ander aan. Sommige mannen, met enkel een t-shirt, doen of ze helemaal niets merken van de dalende temperatuur. Sommige mannen – elke keer als je hen weer ziet denk je: is hij dat nu echt?, wat is die man vet geworden zeg – hebben waarschijnlijk wél echt last van hun cholesterol. Jij ziet hoe een wonderlijke vogel gracieus traag over het theater vliegt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten