22 november 2024

Een lege plek maken


Misschien aarzel je een beetje bij het begin van de week. Je weet niet goed waarom. (Er beweegt iets in een onderlaag. Iets herinnert zich.)

Teksten komen binnen. Je leest ze snel. (Je bent een beetje teleurgesteld.)

Een andere tekst komt binnen. (Je aarzelt over het woord prefigureren. Je weet niet goed welke voorafbeelding je je van dat woord moet maken.)

De vergadering. Je ziet hen op je scherm. (Je begrijpt niet alles helemaal.)

Je vertrekt nog naar de gemeenteraad. Een dierbare vriendin maakt haar laatste vergadering mee. (Je bent zo trots op haar, ze is een rots, denk je.)(Je ziet iets als een heel leven samen door je hoofd gaan, een leven van iets dat jullie delen.)

Je zou nog even willen wachten voor je je aan de nacht geeft, maar het is al te laat.

Een andere dag. De eerste vergadering. (Iets maakt je onrustig, alsof een balans is verschoven. Je blijft staan, denk je, dat is wat je moet doen.)

Het overleg. (Je ziet iets over je leeftijd.)

De tweede vergadering. (Waarom is dit zo vermoeiend?) Je luistert naar je stem.

In de lift. De man tegenover je staat je te bekijken. Hij vraagt ineens of je tevreden bent over je schoenen. Ja, zeg je, heel erg. Dat is goed nieuws, zegt hij. Hij was van plan dezelfde schoenen te bestellen, maar wist niet zeker of dat een goed idee zou zijn. Tot nu toe.

Een andere dag. Je staat in het keukentje, met een vriend en met de koffiemevrouw. Ze vraagt of je ook suiker in je koffie wilt. Nee, zeg je. En dat je aan je lijn moet denken. De mevrouw trekt haar wenkbrauw op, bekijkt je enigszins meewarig van kop tot teen, rolt met haar ogen, en zegt iets als: “Ja, dat zal wel...” (Misschien ben je toch niet te dik.)

Je knutselt nog wat aan je presentatie voor de volgende dag.

Die avond, je kijkt naar de fascinerende documentaire. (Je hebt weer zin om nog te wachten, alsof je de nacht voor je uit zou kunnen schuiven.)

(Er zijn diverse signalen dat de jaarlijkse tsunami aan kerstfilms op komst is.)

Een andere dag. Vroeg in de ochtend zet je de vuilniszak buiten. Net voor je deur vind je een bankkaart. (Je herkent de naam.) Later die ochtend – hoe lang moet je wachten op een aanvaardbaar vroeg moment – bel je aan. Ze is er niet. Je brengt de kaart naar de bank.

De conferentie, in die mooie zaal. De zoon van je maatje zit naast je. (Dit is zo fijn, denk je.)

Dit is iets voor je zus, denk je bij het lezen van een artikel, en je stuurt het haar door.

Die avond. Op weg naar die andere stad, om nog eens over je boek te gaan spreken. (Het is voorlopig de laatste keer van een lange rij.)(Eigenlijk had je liever zonder presentatie gepraat, denk je, gewoon met alleen je handen. Dan beweegt het verhaal beter, voel je. Maar goed.)

Je bent goed op tijd daar. Je presentatie wordt gigantisch groot op de muur geprojecteerd. Je praat jezelf in je verhaal. (En ja, het is alsof je heen en weer moet bewegen, in en uit je verhaal.) Je krijgt mooie reacties nadien, je voelt je dankbaar. Een geschenk. (De kleine boeddha was dicht bij je.)

Je haalt die ene trein nog net. Je mag de hele rit in je verse boek lezen. (Je bent zo blij dat je weer bij die personages mag zijn.)

(En weer is er die nachtaarzeling.)

Een andere dag.

Je werkt aan de vrijdagtekst. Je raakt de toetsen zacht aan.

(Iets wat je nog dacht, de vorige dag. Soms zou je, met een borsteltje, een lege plek willen maken in de dingen of de tijd, of hoe je het ook zou omschrijven. Alle ruis wegborstelen, zorgvuldig. Zodat er alleen een traag en ongekleed gesprek over zou kunnen blijven. Met dingen die er echt toe doen.)

De poetsmevrouw glimlacht. (Alleen jij bent er.)

Voor je vertrekt naar de vergadering doe je nog een afwasje. Alles kan straks netjes het weekend ingaan. 

De vergadering van de commissie. De dossiers die jullie moeten beoordelen. (Je moet even zoeken naar je adem, even wennen aan het duistere licht.) Jij mag de grapjes doen, zo blijkt.

In de trein terug. Je hoort een huilende baby, in het halletje. Tot het stiller wordt. Bij het uitstappen zie je hoe de mama op de trap zit, met de baby aan de borst. Er is vrede. (Dit is beter dan kerstfilms, denk je.)

Geen opmerkingen: