Hoe je nieuwe gewoontes probeert aan te leren. Nu je in het nieuwe bent. Hoe je was vastgelopen in zoveel, je wist het eigenlijk al. Maar nu weet je het nog beter. Nu je de kans hebt om te veranderen, opnieuw te beginnen. Goede voornemens zijn er genoeg. Dat alles anders zal zijn, dit keer. Of zoiets. Je lijkt het te geloven.
Eindeloos veel nieuwe systeempjes bedenken. Zo lijkt het wel. Het voelt vrij. Alsof je jezelf zou kunnen heroveren. Een beetje toch.
En de verleiding is er elke keer weer. Om maar snel de hele doos ongeselecteerd te laten. Het ‘ik doe het later ooit nog wel eens’-gevoel. Het zou zo gemakkelijk zijn. Maar je weet dat het niet mag. Nu moet het gebeuren. Het is gewoon wachten, tot alle stappen gezet zijn. Al vraagt het veel van je geduld. Nadien ben je telkens weer blij.
Waaraan je allemaal kunt denken tijdens het schilderen van de deurlijsten.
Pas als een deel van de ballast weg is, weet je hoe zwaar die eigenlijk was.
Ze hadden allemaal gelijk, zij die het je al zo lang zeiden. Je wist het wel.
Je ziet de mensen rondlopen. Je ziet graag mensen rondlopen.
Je maakt lijstjes van alle dingen die nog moeten gebeuren. De volgende dagen, de volgende weken. Je kunt het niet laten, misschien.
Eerst moet je zoveel dingen aan kant hebben eer je je weer kunt concentreren op werk dat is blijven liggen al die tijd. En zelfs dat heb je leren doseren. Het is raar, hoe het werkt. Er moeten genoeg kleine plekjes zijn die klaar zijn. Raar, dat woord klaar. Zo dient het zich aan in je hoofd. Het heeft iets met verlangen te maken.
Het zou kunnen dat je lichaam alleen nog maar moe is. Al het andere lijkt je heel langzaam te verlaten. Gevechtsklaar, of zoiets. Het hoeft niet meer. Hoe lang heb je gehoopt op dat gevoel? Je weet het niet.
Ze zijn allemaal hier. Ze hebben allemaal hun sporen nagelaten hier. Nu zullen ze altijd hier zijn.
De plek waar je woorden zult maken. Waar verhalen zullen ontdekt worden. Je moet nog even ontdekken hoe ze voelt. Je had gedroomd van deze plek. Over hoe dichtbij alle andere plekken ze zou zijn. En net dat is wat je voelt nu.
Het heeft iets met verlangen te maken. Je beseft het weer.
En net op de dag dat je langer had mogen slapen word je nog vroeger wakker, zo lijkt het wel. Je kunt nog de hele tijd in en uit je droom wandelen.
Misschien is het wel een goed teken dat je rug zoveel pijn doet.
De verhalen over het gaan naar het nieuwe zullen langzaam weer verdwijnen. Ze zullen geen plaats meer vragen. Dat is misschien wel nog beter.
De stad klinkt anders hier, denk je. Het is zo stil hier.
Dat het een plek is waar altijd ook anderen zullen zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten