De dag daarvoor waren alle uren netjes gecheckt. Trein en bus, nieuwe regeling. Zal het nog verder zijn naar de Noorderkempen dan daarvoor? En het blijkt een half uur minder reistijd. Jippie.
En nu sta je op de straat te wachten op de bus. Het kerstfeest is voorbij. De pakjes uitgepakt. Verhalen zijn verteld. De cadeautjes mee op weg naar huis.
Het is wel stilaan tijd dat de bus komt, denk je. Want de overstaptijd straks is wel nogal kort. En als de bus dan ook nog eens langs die andere gemeente rijdt, zou de rit wel eens langer kunnen duren.
En andere gedachten tussendoor.
Toch wel een beetje fijn dat dat ene boek uit is. Je had tegen het einde wel vaak genoeg de woorden vulva en voorvocht gelezen… Onderweg begonnen in een ander boek. Met miniatuurtjes, van die man die je zo heeft beïnvloed door zijn zachte en zoekende woorden.
De bus is er nog steeds niet. Je officieel voornemen om geheel en al zen te blijven als je straks de treinaansluiting zult missen. Officieel.
Toch wel goed, denk je, dat je op de middag voor kerstavond dacht dat het wel stilaan tijd was om de kerstboom te zetten.
En daar is de bus. De chauffeur heeft een merkwaardige en lichtgevende kerstmanconstructie op zijn kop. Vriendelijk is hij wel. En ook fijn vast te stellen dat er nog genoeg op je lijnkaart stond. Maar je voelt meteen dat hij een beetje gehaast is.
En de namiddag voor kerstavond. Rustig, stap voor stap, de kamer wat opruimen. Kaarsjes aansteken, binnen en buiten. En traag worden.
In de bus denken: hopelijk moet er niemand meer instappen in alle volgende haltes tot aan het station. En je meteen schamen voor die gedachte.
Eindelijk de tijd om die brief te schrijven. Je keek er al dagen naar uit. Je wou dat de kamer en je hoofd leeg genoeg zouden zijn. Je kunt je tijd nemen, om rustig zin per zin te schrijven. Je gedachten volgen de woorden op het papier. Blij.
De bus rijdt inderdaad langs die andere gemeente. Klein beetje grrr. Alles zal wel goed komen. Maar daar in het dorp staat een heel trosje mensen op de bus te wachten. Je ziet het meteen, het zijn geen routinés. Ze komen met veel lawaai binnen. “Waai hemme nog nuooit de bus gepakt, haha.” Het duurt erg lang vooraan. Je voelt dat de chauffeur een beetje zenuwachtig wordt. Jij officieel niet natuurlijk.
Is het raar om alleen thuis te zijn op kerstavond? Een licht verdriet daalt over je heen. Je kijkt naar de kaarsjes.
Je denkt dat de chauffeur zijn bus in zevende versnelling heeft gezet. De bus vliegt over de weg. Je zit net achter het midden. Waar de twee bushelften plooien. Met dat draaiende grote wiel onder je voeten. Je botst heen en weer in je stoel. Wel een beetje hard, maar misschien is er toch nog een kleine kans dat je de trein zult halen.
Eindelijk, denk je. Die dvd-box lag daar al zo lang te wachten op een geschikt moment. Hoort bij een vakantiegevoel. Een hele serie kijken in enkele dagen. Schitterende reeks, over een erfenis. Het verhaal lijkt ook nog eens te beginnen op kerstdag.
Het laatste stukje is ingezet. Volgens je horloge is het stilaan onmogelijk die trein nog te halen. De bus scheurt door de bochten. Ze stopt, de trein staat er nog. De mevrouw die ook opstapte waar jij dat deed, zegt dat ze het niet gaat riskeren om nog te lopen voor de trein. Ze zal wel blijven zitten tot in de stad.
Je ligt nog even wakker in de kerstnacht. Verhalen gaan door je hoofd. Je weet niet goed wat je ervan moet denken.
Je holt de trappen op, ziet iemand op het perron staan en roept van ver. Het fluitsignaal klinkt. Je springt in de trein, die enkele seconden later vertrekt. Oef. Toch een beetje blij dat je dat zen-gevoel niet moest gebruiken.
En nog iets.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten