Holderdebolder de trein in, naar die andere stad. Het poetsen moet maar wachten.
Beetje zenuwachtig, beetje verlegen.
En je denkt: ja.
En alles wat je niet weet. Alle redenen om hier niet te zijn. En je denkt alleen maar: ja.
Ergens voel je je bijna licht, je weet nog niet waar.
Even heb je het ook over de tango. Je kunt niet meer terug nu, denk je.
(Welke indruk ben je eigenlijk aan het maken?)
En dan op weg naar de tentoonstelling. Over.
Schaamte.
(Blijk jij weer de enige te zijn die de pijl op de grond volgt, en dus begint waar het begint. Volgens die pijl dan toch.)
Bijzondere beelden.
De lucht is aanraakbaar, denk je.
Wat doe je met die lucht? Denk je.
(Je leeft in je hoofd, zal iemand later zeggen. Misschien heeft ze gelijk. Je weet het niet.)
De lucht zindert, denk je.
Zou ik dat mogen? Vraag je.
Is dit echt? Denk je.
Zoveel bijzondere beelden. De film met de Japanse kamikazepiloot die niet neerstortte, en zich diep diep schaamde.
(Je denkt aan de chaconne. Daar wil je nog iets mee doen.)
En de geuren.
Wat doe je met je handen?
En de zalen aan de andere kant van het binnenplein.
Een wonderlijke wereld, die je diep ontroert.
Ze is mooi.
Hoe lang is dit er al?
Tijd om terug te keren.
Je zou bijna kunnen verdwijnen, in het ritme van de trein.
(Even ben je bang van dat besef.)
(Wat er is, kan ook zo weer verdwijnen.)
Je schrikt even. Deed je iets verkeerd?
Vertellen over dingen die je zult gaan doen, denk je. Wat eigenlijk wel leuk is.
Je schrikt even, van die gedachte.
Door de regen weer naar huis fietsen. (Wat heb je een hekel aan dat ene gevaarlijke kruispunt.)
Stotterende woorden. Ze doen je rustiger ademen.
Duf.
Stotterende woorden, een beetje toch nog. Ze doen je rustiger ademen.
Dat moet ik haar ook nog vertellen, de volgende keer, denk je.
Je eigen verhaal ligt daar nu zomaar. Wie zal er weglopen? Niemand.
(Ja, de chaconne.)
Vanille.
En rustig de afwas doen. Het huis weer aan kant.
En denken, aan woorden.
2 opmerkingen:
.
Chaconne, lees ik.
En ik geraak in de war.
Zie een geleedpotige koperen op hoge hakken.
Een vliesvleugelige schone: een libelle.
Al bij de eerste aanblik
tussen de boeken,
raakten wij mekaar.
Niet aan. Tenzij met.
Ogenblikken. En woorden.
Nu al meer dan een jaar.
Zij bijna twintig winters jonger.
Ondertussen
laveer ik nog steeds
tussen verliefdheid en vriendschap.
Wij hebben samen
iets niet.
Dat beloofden we mekaar.
Maar tijdens het souper
streel ik door haar chignon.
Juist.
Dat was het woord dat in chaconne lag te sluimeren.
Dankjewel Uvi voor deze heel mooie tekst.
Een reactie posten