03 april 2021
Het kleine falen
‘Jean, zouden we nu toch niet beginnen aan die ramen?’
‘Ik heb geen zin. Eigenlijk.’
‘Kan best zijn, maar dat is geen argument. Je had het met jezelf afgesproken om het voor Pasen te doen.’
‘Is dat zo? Als Mark Rutte mag zeggen dat hij het zich niet meer herinnert, mag ik dat dan ook?’
‘Nee, natuurlijk niet. Je doet je best. Straks gaan mensen nog denken dat je geen discipline hebt.’
‘Ja, dat zullen ze zeker denken. Vooruit dan maar.’
‘Dus wat azijn bij in het water. Zal ongetwijfeld spectaculaire resultaten geven. En ook nog kranten klaarleggen.’
‘En zoals altijd beginnen met het lastigste raam, dat aan je bureau.’
‘Die varens zijn zo lastig. Ik zal ze toch maar even buiten zetten, om dan straks die bruine takjes bij te knippen.’
‘Nu vallen er allemaal blaadjes op de grond. En het plan was toch alleen maar de ramen, nog niet de rest?’
‘Dat weet je toch van alle vorige keren? Leg je er maar bij neer.’
‘Dus dat bureaublad wat opschuiven en dan als een soort kronkelende slang tot bij het raam proberen te geraken.’
‘Oké, is gelukt. Maar mijn emmer staat nog daar. Ik moet weer terug. Shit.’
‘En vergeet ook die krant niet.’
‘Er stond dat je van onder naar boven moest schoonmaken. Begrijp jij waarom dat is?’
‘Nee, eigenlijk niet.’
‘We zijn nu wel goed bezig, maar binnen enkele dagen zal alles wel weer onder het stof hangen, door die bouwwerf.’
‘Jean, je moet het doen voor de intrinsieke motivatie. Zoals die boeddhisten die zo’n zandtapijt maken, en dan alles weer uitvegen.’
‘Ja ja. Ik pas hier nog altijd maar net tussen. Hopelijk laat ik nu ik hier zo niet al te sierlijk uit het raam hang die grote spons niet vallen, want dan moet ik helemaal naar buiten lopen om die terug te halen.’
‘En zou dat nu helpen met zo’n krant?’
‘Geen idee, zullen we straks wel merken. Ik heb wel de indruk dat het al iets beter is dan de vorige keer.’
‘Ja, dat dachten we de vorige keer ook.’
‘Die muziek is echt wel lekker. Ruby Turner samen met Jools Holland. Zo’n beetje gospel is echt wel oké nu. Peace in the Valley. Mmmmmm. Ik zou haar nog wel eens in het echt willen zien. Hoe hard zou ik dat mogen zetten nu?’
‘Dat was gisteren toch wel een fijne muziekdag. In de namiddag de Mattheuspassie en ’s avonds die geweldige documentaire over de Chicago blues.’
‘Dit slaapkamerraam is toch al iets handiger. Gaat lekker vooruit.’
‘Ik heb eigenlijk geen zin om voor dat water hier aan de binnenkant onder aan het raam de dweil te moeten halen. Het plan was toch dat we alleen de ramen zouden doen?’
‘Dream on.’
‘Het is toch altijd wat. Als je dan één ding doet, moet je er eigenlijk zeven. En vooral, je ziet de 438,3 dingen die je nog moet doen. Dat had je anders niet gezien.’
‘Hoe is het nog met de rug?’
‘Niet aan denken.’
‘Zou dat sopje nog goed genoeg zijn voor buiten?’
‘Ja hoor.’
‘We gaan weer eens proberen buiten zo weinig mogelijk te verschuiven. Is zo’n miserie altijd die grote potten te moeten verschuiven, ik heb daar geen zin in. Net ver genoeg.’
‘Shit, nu moet ik mezelf daar weer tussen wringen, natuurlijk stoot ik hier dan vanalles om. Doen of je het niet merkt, volharden in de boodschap.’
‘Alsof dat raam zich daar iets van aantrekt. Nu proberen, terwijl je over die plantenbak hangt, met sierlijke grote bewegingen met die spons en daarna met de wisser. In soepele s-bewegingen en daarna ook nog eens van boven naar beneden?’
‘Je kunt eigenlijk niet goed zien of er dingen zijn die je wegpoetst met die krant. Maakt ook wel een apart geluid.’
‘Jean, die ene struik hier is nu echt wel dood. Wanneer doe je die weg? En al die rommel hier, het loopt wel een beetje uit de hand.’
‘Ja, maar dan moet ik eerst die buitenberging opruimen, zodat die potten daar weer in kunnen. Maar niet vandaag, want ik wil nog wat hangen.’
‘Niet te veel uitstellen, zo ga je nooit een goede mens worden.’
‘Al dat wringen tussen die planten is eigenlijk nogal pijnlijk. Maar toch heb ik geen zin om ze verder te zetten. En die plantjes daar. Zou je die nu toch echt niet wegdoen? Vandaag al?’
‘Pff, misschien. Ik voel het al aankomen.’
‘Nu alleen de binnenkant nog.’
‘Sopje verversen en aan het lastigste raam beginnen. Dat is waarschijnlijk een vorm van zelfopvoeding.’
‘Het lijkt een beetje alsof het er beter uitziet dan de vorige keer. Minder strepen.’
‘Dat lijkt maar zo, je zult wel zien.’
‘Nu moeten we die planten hier ook wat achteruit schuiven om bij het raam te kunnen. Maar niet te ver, dat is lastig.’
‘Dat dacht je vorige keer. Maar goed, als je niet wilt luisteren.’
(Eerste plant valt om. Roepen tegen de plant.)
‘Ga je die aarde die uit de pot gevallen is niet best onmiddellijk opvegen? En zou je best al niet meteen die hele strook even vegen?’
‘Zucht. Waarom heb je altijd zo’n goed advies. Vooruit dan maar. En daarna ga ik verder daar.’
(Tweede plant valt om. Roepen tegen de plant.)
‘Jean, je weet toch ook dat die plant daar niets aan kan doen? Waarom roep je dan. Het is gewoon je eigen schuld, zoals steeds, geef het maar toe.’
‘Grrr… ja ja, ik geef het toe. En nu ik hier sta, moet toch gezegd worden: het is wel handig om zo lang te zijn, maar waarom ben ik zo breed, en waarom heb ik blijkbaar zo’n dik gat dat ik de planten omver duw?’
‘Die ene plant is te groot aan het worden voor die kleine pot, zie je dat niet? Die is topzwaar. Je zult die toch nog eens moeten verpotten. Je moet het niet op je dik gat steken. Trouwens je broek zwabbert heen en weer, zo dik is dat gat ook weer niet. Een beetje breed misschien. Maar dat is wel handig voor als je zwanger bent.’
‘Hier bij het andere raam verschuif ik die grote plant. Handig toch dat je daar een pot voor hebt op wieltjes. Maar van die cactussen blijf ik af. Geweldig toch hoe groot ze al zijn.’
‘Shit, dat is hier nog een vlek van de vorige keer. Pfff, al die dingen die nog moeten gebeuren.’
‘Rustig aan Jean. Voor vandaag zo meteen wel alles netjes opruimen, niets laten liggen voor straks, maar je hoeft niet alles te doen.’
‘Maar als die ruiten nu weer proper zijn, gaan de mensen van buiten toch nog beter zien dat ik hier binnen nog veel moet opruimen?’
‘Ongetwijfeld, maar toch gaan we straks even liggen, anders overleeft je rug de dag niet. Al dat gekronkel is niet goed voor je rug, dat weet je toch?’
‘Het is denk ik iets beter dan de vorige keer. Goed dus, die azijn en die krant. Maar ik ken al iemand die me meteen erop zal wijzen dat het nog lang niet perfect is.’
‘Hangt dat samen met het poetsmevrouwdebat?’
‘Sssjjjjtttt!’
‘Zelfopvoeding is niet altijd gemakkelijk. Maar ik ben wel blij dat ik het gedaan heb. Woew, wat een verschil.’
‘Maar daar zijn toch nog stukjes die niet echt goed zijn…’
‘Zucht.’
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Hilarisch Jan, het houdt me wel tegen om te beginnen!
Vooral wel eraan beginnen, zou ik zeggen. :)
Een reactie posten