25 maart 2023

Waar is de tijd


Soms kun je de tijd aanraken. Je legt je hand op je buik, of de buik van een klein kind op jouw buik. En er is alleen de tijd van een adem.

Soms zie je ineens de tijd in je spiegelbeeld. Zo vaak lijk je alleen je bewegende zelf, dat gewoon een beetje hangt in de tijd. Tot je jezelf ziet in een spiegelbeeld, terwijl je door de stad loopt. Je ziet een man van jouw leeftijd.

Hoe je verlangde naar het toevoegen van die jaren dat je grootvader ouder was dan jij. Je voelde je gekneld in de tijd, alsof je geen kant op kon, alsof je alleen maar verloren kon zijn. Je wou zijn jaren aan de jouwe toevoegen, om minder verloren te zijn.

Je kijkt naar de kinderen. Iets in je kijken blijft op een of andere manier altijd toen. Terwijl zij elk uur verder weg bewegen van toen, en hun weg zoeken in de tijd.

Soms zie je de tijd die nodig was om in dit hier te komen. Er was de tijd om te helen, al besefte je dat pas op het einde, dat het dat was. En er was de tijd die daarnaast gewoon verder leek te gaan. Soms lijk je te bewegen in verschillende tijden, die tegelijk dezelfde tijd zijn.

We zijn geworpen in de tijd. We zijn geworpen in verzet. Om aards te handelen, met een herinnering aan de seizoenen. Je weet alleen dat je te bewegen hebt.

Soms kijk je naar de tijd. Je zou kunnen blijven zitten, een hele dag, en alleen maar kijken.

Je ziet hoe de man in het programma die oude klok herstelt. Het is de tijd als machine, natuurlijk. De wijzers bewegen. Maar er is ook het veilig geruststellende van het geluid van die oude klok. Een eindeloze slingerbeweging. Als een hier, als iets dat blijft, terwijl het de tijd wegtikt, terwijl het ook lijkt alsof dat niet zo is.

Hoe je terug kunt denken het geluid van een jeugd. Het geluid van die klok.

Soms lig je midden in de nacht wakker, luister je naar de nacht. Misschien is de tijd naakter dan. IJler, minder bezwaard door de dingen van de dag. Misschien is de tijd eenzamer in de nacht. Misschien is de tijd dan wel blij om even alleen te zijn.

Soms zijn er alleen twee, jij en een ander. Soms is er alleen een gesprek, in welke vorm dan ook. In tijd die parallel loopt aan de tijd.

Soms kijk je naar de tijd waarin je kinderen zichzelf zullen zien in een spiegel en beseffen dat ze in de tijd zijn. Die tijd is even daar als hier.

Soms zou je een gunst willen vragen aan de tijd. Blijf bij me, tot ik alle woorden voorzichtig en zorgvuldig heb neergelegd. Luister naar de woorden, geef alle tijd die nodig is. Een zin kan alleen in de tijd bestaan.

Een verhaal. Er was eens. Waarna de dingen van het ene naar het andere punt gaan. Het verlangen naar een verhaal is ingebrand in onze allerdiepste huid. Voor het verhaal is de tijd een oneindige reeks gelijktijdigheden, bewegend in alle richtingen. Na het verhaal ook. Tijdens het verhaal leggen de woorden een lijn. Voor heel even licht die op. Heel even kun je geloven dat er een zin is in de dingen. De huid van het verhaal raakt de jouwe aan. Heel even ben je niet ontheemd. Misschien verlangen we daarom naar verhalen.

Soms zou je willen duwen tegen de tijd, maar die laat dat niet gebeuren. Soms ben je onderweg naar huis, wil je alleen maar thuis zijn, zegt je buik dat je alleen maar thuis wilt zijn. Maar je bent nog ergens tussen daar en hier. De tijd vergezelt je, laat zich niet versnellen.

Geen opmerkingen: