18 maart 2016

Uitgesteld

Als golven, zo zou het kunnen zijn. Hoe ze bewegen. Hoe je ze niet kunt sturen.

Sommige verjaardagscadeaus mogen niet blijven liggen. Een zekere mate van verjaardagscadeauzenuwachtigheid. Nog liever een dag te vroeg, dan mogelijk twee dagen te laat, om even iets in de groep te werpen.

Dromen. Twee meisjes op een voetbalveld.

Stukken van je lijf zitten vast. Het zou een vriendelijke omschrijving kunnen zijn.

Een verjaardag die al lang in je hoofd zat. Een wens.

Je begint aan die film die al een tijdje op je stond te wachten. Wat is die ene actrice goed… Als er twintig seizoenen zouden zijn in een liefde, dan zie je ze alle twintig in haar ogen.

Dromen. Er niet in slagen een zompige modderige helling te beklimmen. Je zakt de hele tijd tot aan je knieën in de smurrie.

De vergadering in de zaal nabij het voetbalveld. Een klein beetje zenuwachtig. Je formuleert je voorstel voor het onderzoeken van een zonnedak. Het wordt aanvaard. Sommige mensen komen je feliciteren, ze hebben geholpen, zo blijkt. Je rijdt terug naar huis samen met twee buren. Je stelt vast dat je jezelf rekent bij de jonge mensen van het gebouw. Wat wel een heel klein beetje grappig is.

Je kijkt verder naar de film. Het raakt je meer dan je verwachtte. De beelden blijven door je hoofd gaan. Ze hebben ook de rest van je lichaam geraakt. De golven in de rest van je lichaam.

Iets begint te wegen. Golven.

Een vergadering met een interactieve oefening. Het is een nieuwigheid, zo blijkt. Merkwaardig wat het doet. (Je bent een heel klein beetje trots op jezelf, een heel klein beetje.)

Het concert. Een klein zaaltje. Wat is hij jong. Het klavecimbel lijkt te bewegen. (Misschien ook wel in golven.) Bij het laatste stuk, het Italiaans concerto, is het alsof het instrument ineens begint te stralen. En dan moet het bisnummer nog komen. De chaconne. (Je had het er nog over, in een vorig stukje, denk je even. Niemand merkt het. Je vertelt een verhaal in je hoofd. Niemand hoort het.) Alles wat het leven is, alles zit erin.

Verhalen. Een beetje schroom. Je zou willen dat het er niet was, maar je kunt niet anders.

Een nacht in hindernissen.

Je kunt het verdriet bekijken. Uitgesteld verdriet. Je kunt kijken, zien wat het doet.

Dromen. Je herkent iemand. Er is een kindje, en er is nog een kindje, heel erg klein, echt heel erg klein. Een hand is groot genoeg. Je hebt dan wel grote handen.

En zo was er toch een beetje die afspraak die er nog niet was.

Iets brengt je in de war.

In de trein voel je al hoe moe je bent. Aan het station sta je te wachten. Je wankelt. Alsof je naar binnen geplooid bent.

Enkele uren later is het beter.

Het dikke boek is bijna uit. Manieren zoeken om het comfortabel vast te houden en tegelijk zo soepel en zacht mogelijk te zitten. Het hoekige lichaam is te stram, of zoiets.

Het stapt anders dan ’s morgens, denk je.

Woorden die in je hoofd blijven hangen. Dat het nog te vroeg is voor iets. En dat de tijd een bondgenoot is. Mooie woorden. Dankbaar.

Traag binnenkomen in het huis.

Iets met zachte bewegingen.

Golven volgen. Dat ook.

Geen opmerkingen: