28 maart 2021

Lass of Loch Royale (If I Prove False to Thee)


‘Ik ben blij dat je er bent, het is goed.’
‘Ja, het lijkt al zo lang geleden.’
‘Laten we traag praten, en veel kijken.’
‘We hebben alle tijd, laten we doen alsof dat zo is.’
‘Welke muziek is dat?’
‘Dat is een liedje dat veel voor me betekent. Het is als het ware ook deel van een ritueel. Als ik een feestje organiseer hier in huis en iedereen is weer vertrokken en ik heb de tafel afgeruimd, ergens in de nacht, dan zet ik altijd dit nummer nog een keer op. Het heeft iets wonderlijks om het te horen in de nacht.’
‘Het past bij jou. Liedjes die een beetje droef zijn, het is alsof je die altijd opzoekt.’
‘Misschien zoeken zij mij, dat zou ook kunnen.’
‘Er is iets met je ogen. Ze zijn zacht en open, maar ook moe.’
‘Ja? Dat zou kunnen. We hadden het er al over, eerder deze week, aan de telefoon.’
‘Misschien zie ik het nu gewoon beter. Ik herkende wel wat je zei. Dat het soms een beetje vermoeiend is dat je gewicht krijgt doorheen de tijd. Dingen die mensen die voor jou kwamen door de tijd heen aan jou hebben doorgegeven. Ik voel dat soms zelf ook in mijn lichaam, hier zo.’
‘Ja, bij mij ook hier, in mijn borst.’
‘En soms wil je gewoon drijven.’
‘Zonder zwaartekracht.’
‘Ja.’
‘Soms is het er gewoon een beetje. En daarna gaat het ook wel weer weg. We zijn allemaal in de tijd geworpen, en we doen ons best om ons een beetje los te maken van die tijd, om zelf onze eigen tijd te zijn. Iets in die aard.’
‘Dat is wel een mooi beeld. En je doet dat goed trouwens.’
‘Jij ook.’
‘Heb je vorige nacht die mooie maan gezien?’
‘Ja, ik wou je nog een berichtje sturen. Een maanberichtje.’
‘Zonder dat je dat deed is het toch aangekomen. De lucht leek zo open, met die felle grote maan erin. Het leek even alsof alles mogelijk was, alsof je met heel je lichaam open kon ademen of zo. Het is een raar beeld, maar iets in die aard.’
‘Ik begrijp denk ik helemaal wat je bedoelt. We kunnen straks nog eens gaan kijken naar de maan.’
‘Dat gaan we zeker doen. Denk je dat we ouder geworden zijn?’
‘Misschien zal ik dat straks pas weten als ik naar je kijk in het licht van de maan. We zijn wel veranderd, maar op een goede manier.’
‘Het doet me soms pijn als je vertelt dat je schrikt als je jezelf ziet. Alsof je terugdeinst of zo. Terwijl de tijd mooi is in jouw gezicht.’
‘Vanbinnen voelt de tijd wel goed, meestal. De buitenkant, dat is wat anders. Gelukkig voor jou heb jij dat probleem alvast niet.’
‘Je moest eens weten.’
‘Ik weet het.’
‘Soms vraag ik me dat af, op die momenten dat ik me ook zo moe kan voelen. Op zo’n moment voel je dat gewicht op je. En dan vraag ik me af of het me zal lukken om genoeg lichtheid in mijn lichaam te houden. Ik heb daar natuurlijk allerlei theorieën over en voor anderen altijd heel veel goede raad, maar af en toe, heel even, is er dan een klein moment van twijfel. En dat gaat dan ook wel weer over.’
‘Ik herken het helemaal. Misschien is dat op zich wel een hoopvol beeld. Dat je gewoon even moe mag zijn, en dat het daarna ook wel weer overgaat. Zoals de zee, die op en neer gaat.’
‘Misschien is dat iets van dat ouder worden. Dat je het kunt vertrouwen, dat de dingen komen en gaan.’
‘En dat de maan je zal helpen.’
‘Samen met de verhalen van de nacht.’
‘In dat liedje gaat die man vertrekken voor een lange reis over de zee, terwijl zijn liefje achterblijft. Er is iets in dat verhaal dat me steeds raakt.’
‘Misschien zijn we allemaal wel een beetje onderweg, over de zee, hopend ooit terug te komen.’
‘En dan komt de maan ook wel goed van pas.’

Geen opmerkingen: