04 juni 2021

Daar waar zij speelt


Je hoort op de radio hoe iemand vertelt over een pianiste. Ze wordt tachtig. De radio organiseert een feestje voor haar.

Het is zo mooi hoe hij vertelt over haar. Over hoe ze jong wordt zodra ze aan de piano zit en speelt.

Er is een plek. Daar waar zij speelt. Alleen al door zijn verhaal.

Het is alsof je daar wilt zijn.

Misschien verlang je het. Dat je zo vol van leegte zou kunnen zijn als nodig is om daar te kunnen zijn. Daar waar je kunt kijken. Alleen maar kijken. En verdwijnen.

Hoe mooi zou het zijn, te verdwijnen.

Er is iets met de tijd. De vrouw beweegt in de zwaartekracht van de tijd. Tot ze daar zit.

Je hebt geen idee hoe ze eruit ziet, maar het is of je iets van dat kantelen kunt zien.

En je hebt haar nog niet horen spelen, besef je ineens. Ze laten een stuk van de Engelse Suite horen. Je houdt je adem in, terwijl ze speelt. Ze raast door de noten, maar je hoort alles. En ergens hoor je iets van de tijd, tussen de noten misschien. Los en strak tegelijk.

En de dag gaat verder.

Ze blijft ergens in je hoofd bewegen. Iets van de plek heeft je aangeraakt.

Je gaat zoeken. Een filmpje waarop ze zo dicht mogelijk bij nu is.

Je ziet haar spelen. Ze speelt een Partita.

Er is iets in hoe ze daar zit. Hoe ze beweegt. Hoe ze naar de toetsen kijkt. Wat ze met haar handen doet. Hoe ze een golf lijkt te volgen.

En hoe je alleen maar kunt kijken.

Je kijkt naar haar adem. Iets is zwaar in haar lichaam, denk je. Soms lijkt ze iets te willen zeggen. Tegen iemand die niet daar is, denk je. Iemand op een andere plek. Soms lijken het woorden op de rand van het ijlen.

Er is ook iets met de piano. Soms lijkt een piano zo groot, zo machtig. Deze piano lijkt zo bewegingloos. Misschien houdt de piano zelf ook de adem in, trekt de piano zich een beetje terug in zichzelf, wil de piano een klein beetje onzichtbaar zijn.

Het licht zuigt zich naar de plek waar haar handen bewegen. Daar is er een intens onzichtbaar licht, ingedikt. Zij is er helemaal, en ze is tegelijk haar eigen rand. Je begrijpt het niet goed.

Hoe ze opstaat, na de laatste noten. Even een beetje ontheemd. Dan ineens terug helemaal in de zwaartekracht. Op weg. Naar elders.

Je weet niet helemaal zeker of je haar stem zou willen horen.

Je hebt die muziek al zo vaak gehoord. Dat is niet wat je verwart.

Het is alsof iets je lichaam uit elkaar trekt. Je voelt je oude lichaam, of hoe oud het zal zijn. En je ziet die plek. De plek met het licht. En het kantelen naar die plek. En de onbereikbaarheid, dan, van die plek, voor jouw lichaam.

Iets maakt je bang. Het heeft iets te maken met pijn die er nu al is. Je kunt het zien, dat wat je verwart, niet wat je ontwart. Denk je.

Kun je me over de pijn vertellen? Dat zou je haar misschien wel vragen.

Je kijkt nog eens terug.

Er is iets met hoe ze de tijd neemt. Je begrijpt zelf niet wat die gedachte zou willen zeggen.

Je kijkt nog eens naar je handen.

(Je ziet de handen van anderen.)

Je kijkt weer naar haar handen.

Het is goed dat je hier was.

2 opmerkingen:

Brigitte Puissant zei

Je viert Martha Argerich op jouw wijze. Vol van leegte zie je het Licht waarin ze speelt en voel je die pijn... Hoe ontroerend weer. Dankje.

Jan Mertens zei

Dankjewel daarvoor Brigitte.