Lieve Julia
Stel je voor dat het zo zou zijn. Stel je voor dat jij mijn dochter zou zijn, en ik jouw vader. Dan zou ik je misschien nu een brief sturen, op deze verwarrende dag.
Gisteren kreeg ik een mooi berichtje van iemand die me dierbaar is. Ze wenste me alvast een gelukkige vaderdag. Het ontroerde me dieper dan ik haar kon zeggen, dus zei ik dat maar tegen haar. Zij is ook een mooie moeder zonder kind. Ze was in mijn gedachten, tijdens de voorbije moederdag.
Misschien hing er iets in de lucht de voorbije dagen. Misschien ben ik gewoon een watje. (Of allebei.) Ik had niet alleen het gevoel dat het beeld op mijn televisie veel scherper was dan anders. Het was ook alsof ik helemaal week werd bij beelden in een film of zo die iets hadden met een vader en een zoon of dochter. Als jij er zou zijn, zou je me ongetwijfeld plagen, en daarbij rollen met je ogen. En ik zou het, weliswaar verlegen, wel fijn vinden.
Ik was zelf nooit echt goed met moederdag, en ook al niet met vaderdag. Ik had dus geen handleiding voor hoe ik me moest voelen op vaderdag. Of beter: hoe ik me had moeten voelen, in geval dat. Jij zou dat wel voor me opgelost hebben, denk ik. Met een of ander onnozel plan. En ik zou een beetje bang zijn dat ik niet flitsend genoeg zou reageren op dat plan, waardoor ik je misschien zou teleurstellen.
Misschien weet ik niet goed hoe ik een vader zou moeten zijn, had moeten zijn. Of misschien geloof ik het soms niet als iemand me zegt dat ik een goede vader zou zijn geweest.
Welk gevoel zou ik, misschien, hebben gehad vandaag? Het had natuurlijk gekund dat ik het volledig had verknald als vader, maar misschien zou dat ook niet zijn gebeurd. Het feesterige zou ik misschien niet zo leuk hebben gevonden. Het zou misschien voelen alsof jij iets aan mij verplicht zou zijn of zo, en dat zou ik niet willen.
Ik denk dat ik altijd terug bij hetzelfde punt kom, wanneer ik probeer om over deze dingen na te denken. Iets met de tijd. Ik weet soms niet goed waar in de tijd ik ben. Het is het omgekeerde van wat ik me voorstel dat ik zou voelen vandaag. Ik zou me een beetje breed voelen, denk ik. Gedragen in de tijd. Alsof mijn plek in dit hier tegelijk ook een daar is. Als ik langzaam zou verdwijnen in dit hier, zou dat daar er nog altijd zijn. Ik zou er rustig naar kunnen zitten kijken.
Met het ouder worden overvalt dat gevoel me wel eens, op een onbewaakt moment, ergens in een late namiddag. Dat de tijd aan me voorbij gegaan is, me achterlatend in dit hier. Daarna gaat het weer gewoon voorbij, en is alles goed.
Ik kan me voorstellen dat jij me nu met een diepe frons zou aankijken, Julia, als ik je deze brief zou hebben geschreven, als jij er zou zijn geweest. Onze oude zou zich weer te veel zorgen maken.
En de moeilijkste vraag blijft of ik voor jou, Julia, in die ingewikkelde wereld van vandaag en morgen een veilig plekje had kunnen maken. Dat is mijn grootste droom voor jou. Dat ik het had kunnen doen, met deze handen als het ware. Een plek zijn van geborgenheid. En dat die plek dan ook zou huizen in jouw lichaam. En dat je er zomaar naartoe zou kunnen gaan. En dat je zou weten dat ik er zou zijn, wanneer je dat zou willen, als het stormt daarbuiten. En dat ik dat dan ook zou weten, dat jij dat zou weten. Iets in die aard. Dat je zou weten dat ik zou blijven.
Als ik je deze brief zou hebben geschreven, zou je nu misschien weinig zeggen. En zo hoort het waarschijnlijk ook.
Ik vind het wel fijn dat ik je zomaar mag schrijven. Dat je, zelfs al ben je er niet, het niet erg vindt dat ik je schrijf. En vergeet niet dat ik heel erg trots ben op jou.
En zo kwam het toch nog goed met die vaderdag, dus.
2 opmerkingen:
Een plek zijn van geborgenheid. Stel dat alle vaders...er zou veel minder geweld zijn op de wereld. Met dank aan Julia.
Dankjewel daarvoor Brigitte
Een reactie posten