11 mei 2020

Gedachten 55

Een wat rare nacht. Je begrijpt niet goed waar de rusteloosheid vandaan kwam.

In een kramp wakker schrikken, ergens midden in de nacht, je lichaam helemaal hard. En dan langzaam weer afdalen.

Wachten tot je adem je bij de hand neemt.

De week waait binnen.

Je krijgt een mooi cadeau van een vriendin. Een verhaal. Iets met een olifant, en hoe die iets over jou zou zeggen. Je smelt een beetje.

(Je vindt het wel fijn dat je niet de stad in moet vandaag, eigenlijk. De dingen zullen wel, daar.)

Je wilt even naar buiten. Een wandeltje, zou de eerste minister zeggen. Misschien kan het wandeltje de knopen in je rug verzachten.

Een windwandeltje heeft wel iets.

De vergadering. Sommige onderwerpen verlopen efficiënter dan andere. In het algemeen ben je niet noodzakelijk een voorstander van een verkeerd begrepen doorgedreven efficiëntiedenken. Niet alles is algemeen.

(Op de foto van de vorige dag stond een foto over de slaaf van de liefde. Je weet nog altijd niet helemaal zeker wat je met die woorden moet doen.)

Een mooi gesprek dat je ontroert. Iets over moeders.

De dingen die je ziet in de tijd.

Je bereidt het interview voor. Een studente zal je interviewen. Je leest je snel nog even in alles in. (Zo kun je misschien toch een goede indruk maken.)

De videoverbinding is een beetje unidirectioneel. (Dat klinkt wel heel professioneel, zogenaamd.) Jij ziet haar, zij ziet jou niet, jullie horen elkaar. Meer dan een uur praten jullie. Je ziet haar de hele tijd luisteren, reageren, in het rond kijken, glimlachen, maar zij ziet jou niet. Het gesprek ontroert je. (Het is niet altijd zo. Dat je interessante vragen krijgt en dat iemand echt luistert naar het antwoord en daar iets mee doet.) Het is zo mooi, haar dromen te voelen. Je bedankt haar. Dat je nooit cynisch mag worden, dat is het belangrijkste, zeg je. Ze zal het onthouden, zegt ze. (Je ziet hoe ze erover nadenkt en glimlacht.) Het afscheid is een beetje verlegen. Al ziet ze dat gelukkig niet.

Je bereidt de vergadering voor. Je bent proactief al een beetje verlegen. (Zul je wel iets zinnigs te zeggen hebben bij al die slimme mensen? Ben je niet te veel een buitenstaander die net de verkeerde dingen zal zeggen? Doe je wel genoeg voor die club?)

Je hoort interessante dingen tijdens de vergadering. Je kijkt graag naar de mensen op je scherm. (In het echt merken mensen het als je naar hen kijkt. Met tien mensen op je scherm zien ze dat waarschijnlijk niet. Hopelijk.) Soms valt het wel mee.

Iets over de stilte.

Tijdens het koken komen er nog veel ideeën. Over de stilte.

Ze mengen zich met andere verhalen van de dag, ergens in je lichaam.

Hoe de tijd dingen in je huid schrijft. Je kijkt ernaar.

Je kijkt naar het journaal. Je doet je best om met milde aandacht te kijken. (Dat je best doen klopt eigenlijk niet, dus.) Je probeert niet te oordelen. Sommige dingen begrijp jij spontaan niet echt, maar begrijp je ook wel een beetje door de ogen van een ander. Je ziet het wel een beetje. De eenzame mevrouw in de Action. (Gelukkig zegt ze net niet dat alle mensen die alleen zijn zouden moeten gaan winkelen in de Action.) Haar ogen vertellen verhalen. Sommige dingen begrijp je eigenlijk echt niet. (Je bent een oude man, en die jongeren kunnen jou ook niet zien.) In jouw simpele hoofd dienen schoenen voor het comfortabel en ondersteund bewegen in de wereld. Als dat op een enigszins esthetische manier kan, graag. Maar er lijkt jou toch een soort rangorde te bestaan, een hiërarchie van de normen als het ware. Met jouw simpele hoofd denk je dat je in weken min of meer lockdown uiteindelijk minder stappen zet in de wereld daarbuiten. Dat dus je schoenen bijgevolg ook minder verslijten. Uit de beelden blijkt evenwel dat er sprake was van filesituaties aan winkels waar men sneakers verkoopt. De journalist vraagt aan de jongen waarom hij zo dringend nieuwe sneakers nodig had. Het antwoord is dat het limited edition sneakers zijn, en die zijn snel weg. Dus heb je ze nodig. Het heeft ook voordelen om een oude man te zijn.

Je denkt nog na over de woorden in je huid. En de niet-woorden in je huid.

Hoe zou je het verhaal vertellen?

Ik heb jouw verhaal gezien, en jij het mijne, kun je zeggen soms. (Je vroeg jezelf af of jij die zin mag zeggen.) (Tijdens de afwas.)

Soms komt de ontroering zomaar naar je toe. Soms ben je een uitnodiging voor de dag.

Geen opmerkingen: