19 augustus 2024

You Are Here


Stel je voor dat je een lange treinreis moet maken, met enkele overstappen. Het gevoel dat je kwaad bent dat je moet overstappen, omdat je alleen maar verder wilt lezen in je boek. En dat dan verder de hele tijd doen, met een glimlach, die soms dicht bij een traan is. Dat boek dus. Met You Are Here (vertaald als Je bent hier) heeft de Britse auteur David Nicholls zowat de best mogelijke versie van dat boek geschreven. Het is een heel grappig, ontroerend, teder, intelligent en volwassen liefdesverhaal dat bijzonder goed geschreven is. Als je er als lezer op let, kun je eigenlijk de hele tijd het boek zien dat een minder goede auteur van het op zich eenvoudige gegeven had gemaakt. Het knappe is dat je er vanaf de eerste bladzijde al niet meer op hoeft te letten. Je kunt je gewoon laten meeslepen. Alles wordt zo slim opgebouwd, met een  grote beheersing, dat je wel de grote boog ziet en kunt voorspellen, maar toch bij elk onderdeel verrast en vertederd kunt zijn. En dat is veel moeilijker dan het lijkt.

Het boek is het verhaal van Marnie en Michael. Zij is 38. Ze is gescheiden en woont in Londen. Ze werkt als zelfstandig redacteur voor manuscripten. Ze werkt heel hard, maar verdient nauwelijks genoeg om rond te komen. Ze heeft zich stap voor stap teruggetrokken uit de cirkels waar ze voorheen met haar vrienden kwam en de pandemie vergrootte nog haar isolement. Naar buiten uit is ze opgewekt, maar eigenlijk voelt ze zich gewoon eenzaam en onzeker. Haar huwelijk was een fiasco. Of ze nog ooit van iemand zal kunnen houden, zoals ze altijd wilde, weet ze niet. Michael is 42. Hij is uit elkaar, nog niet formeel gescheiden. Hij werkt als leraar aardrijkskunde en woont in York. Dat zijn relatie voorbij is, weegt nog altijd zwaar op hem. Hij probeert zo weinig in het huis te zijn waar hij met zijn vrouw woonde, waar alles hem nog depressiever maakt. Hij wil vooral zo veel mogelijk alleen zijn, en gaat dan bij voorkeur in zijn eentje lange wandelingen maken. Marnie en Michael hebben een gezamenlijke vriendin, Cleo, die van het ondernemende, dan wel (te) volhardende type is wanneer het gaat over mensen samenbrengen. Michael was van plan in zijn eentje in Noord-Engeland een lange wandeling van de west- naar de oostkust te doen. Cleo neemt een deel van het initiatief over. Ze zullen samen enkele dagen stappen. Vier singles, een koppel en een zoon. Naast Marnie en Michael zouden nog Conrad en Tessa meegaan, maar Tessa haakt al af voor de tocht begint. De man van Cleo komt uiteindelijk ook niet mee, haar zoon Anthony is er wel bij. Marnie en Michael hebben allebei een band met Anthony. Het plan om enkele dagen samen te stappen, waarna Michael alleen de rest van de tocht zou doen, blijft weinig over. Al snel zijn Marnie en Michael nog alleen over en stappen ze door het mooie landschap, door weer en wind.

De structuur van het boek volgt min of meer het ritme van de tocht. Per dag krijg je een kaartje van de route. En dan volgen er telkens korte hoofdstukken, in de derde persoon verteld, afwisselend vanuit het perspectief van Marnie en Michael. Zo leer je stukje bij beetje hun individuele verhaal kennen en ben je ook getuige van hun innerlijke dialogen. Onzekerheden, twijfels, angsten, observaties en oordelen. Als lezer zit je er middenin en merk je dingen op nog voor de personages ze bij zichzelf merken. Terwijl is het alsof je heel intens kunt meestappen door het prachtige landschap. Je voelt hoe het ritme van dat landschap mee bepaalt wat er zal gebeuren. Voor Michael is het zogenaamd vertrouwd terrein, een comfortzone, maar gaandeweg merkt hij dat zijn discipline van alleen stappen in positieve zin erodeert door het gezelschap van Marnie. Marnie, op haar beurt, leert echt houden van de natuur en van het stappen en begint zich te openen voor wat zich aandient.

Het is bijzonder mooi hoe die twee mensen langzaam naar elkaar toe groeien. Ze zijn allebei redelijk gewone alledaagse mensen, zonder een spectaculair levensverhaal. Bij de start zal Marnie in eerste instantie, ook in die richting geduwd door Cleo, achter Conrad aan gaan. Michael lijkt misschien wat droog of saai, maar is wel betrokken en degelijk. Hij zit tegelijk opgesloten in zichzelf, worstelt met de scheiding en met zichzelf. Marnie doet zich wel hip en stedelijk voor, zogenaamd alles onder controle, maar is tegelijk heel kwetsbaar. De enorme kracht van het boek zit in de dynamiek tussen die twee. Hoewel ze het eerst zelf niet doorhebben, kunnen ze eigenlijk heel goed met elkaar praten. Ze komen al snel, in voorzichtige brokjes, bij de serieuze onderwerpen, en ze maken elkaar aan het lachen. Ze zijn natuurlijk allebei ook heel bang, in het midden van hun leven, na alle relationele ervaringen. Ze worstelen met hun eenzaamheid, hebben schrik om weer gekwetst te worden. Nicholls is een meester in erg ‘witty’ dialogen en interne bespiegelingen. Die brengen vaak haarscherpe analyses, in kleine details, van de tijd waarin we leven. Ze zijn ook heel geloofwaardig in het weergeven van het subtiele stotteren en stuntelen in het toenadering zoeken, het onverwachte verlangen, de aantrekkingskracht, het hoekige gerommel van mensen die onhandig dichter bij elkaar komen. Er rust erg veel mededogen in dat alles. Maar nooit kantelen de personages naar hun bordkartonnen varianten die er hadden kunnen zijn in een voorspelbare weekendfilm. Het blijft steeds spannend en echt. Als lezer zie je al heel snel hoe die twee eigenlijk gewoon geweldig goed zijn samen. Maar je voelt ook de bagage van een half leven dat al voorbij is, de tragiek die onderhuids nog speelt en die zich onvermijdelijk mengt in het nu. Je vindt hen oprecht interessant, en er gaat een grote magie uit van hun menselijkheid, die soms onhandig en gedeukt is maar vooral ook heel teder. In een andere context dan die lange tocht, zouden ze elkaar waarschijnlijk nooit gevonden hebben. Tegen het einde van het boek heb je als het ware het gevoel dat je zit te kijken naar twee mensen die goede vrienden van je zijn en die je mag observeren.

David Nicholls doet dit alles ongelooflijk goed. Het lijkt allemaal zo vanzelfsprekend, maar dat is het helemaal niet. Elke bladzijde voelt fris en scherp aan. Met een enorme beheersing bouwt hij het verhaal op met enerzijds het ritme van de heel voorzichtig ontluikende liefde en anderzijds het ritme van het landschap. Het is heel mooi hoe dit boek een volwassen liefdesverhaal is van mensen halverwege hun leven, met veel oog voor al die kleine details die iets zeggen over wat het is om veertiger te zijn in deze tijd. Met veel humor en mededogen, maar nooit cynisch. En dus uitermate geschikt voor lange treinreizen waarbij je zo weinig mogelijk moet overstappen.

Geen opmerkingen: