30 september 2009

Waar zul je blijven

Je zou het willen nu. Dat er iets is. Een zin, of een beweging, of een beeld. Dat het telkens zou terugkomen, even bewegend als je adem. Bijna als een mantra. Waaraan je je zou kunnen overgeven. Waarin je zou kunnen verdwijnen. Tot alles weer heel geworden is. En alleen die ene zin dient zich aan.

Waar zul je blijven?

Soms kan het je troosten. Dat je altijd onderweg zult zijn. Dat je niet hoeft te weten waar je aan zult komen. En zo ook niet of je er al bent, daar waar je wilde zijn. En soms niet. Soms zou je willen wat niet te willen is. Weten waar die ene plek is. En daar voorbij het weten zijn.

Waar zul je blijven?

En als de monsters komen. Je hebt ze nooit gezien, en ze zullen er wel niet zijn. Toch kunnen ze je doen opschrikken uit je slaap, of toch je bijna-slaap. Raar, hoe ze niet veranderd zijn sinds toen. In het oude huis. Het leek te wiebelen bij elke trilling.

Waar zul je blijven?

Hoe naakt zou je mogen zijn. Stel dat je het zou weten. Alles wat je ziet en wat je niet ziet. Hoe doorwaadbaar je kunt zijn. En hoe je daarin kunt rusten.

Waar zul je blijven?

Je hoort een cantate van Bach, daar ergens in je buurt. En je zou willen wegvloeien, met alles wat in jou pijn zou kunnen doen en daarna weer verwarmd worden. Alles is daar. Alles. Het neemt je over. Het kan alleen bestaan in de tijd, in tonen die er alleen maar kunnen zijn in de tijd, anders waren ze niet te horen. En in zoveel ontstellende vergankelijkheid rust het onvergankelijke. Het is zelfs geen mysterie meer, het is gewoon.

Waar zul je blijven?

Hoe nu je ook bent. Hoe zelf gemaakt je ook bent. Hoe op de chaos veroverd je ook bent. Soms sluipt het tussen je poriën. Het is oer. Misschien wel van voor jezelf.

Waar zul je blijven?

Soms zou je willen dat enkel een trage dans over zou blijven. In een grote warme ruimte. Je zou telkens opnieuw willen proberen, willen zoeken. Hoe je die arm, die heup, die voet nog trager, nog juister, nog minder onderbroken zou kunnen bewegen. Je zou helemaal samenvallen met enkel nog die dans. Je zou je eigen ruis niet meer tegenkomen. En je weet dat je toch, op dat moment, weer weg zou willen lopen. Verlangen of vlucht, het maakt niet zo uit. Misschien wil je wel gehavend zijn, om te kunnen schuren langs een ander.

Waar zul je blijven?

Op dat ene punt blijven staan, om vandaar voorbij de einder te kijken. Niet bewegen, om alleen jezelf tegen te komen. En wat het je leert. Soms denk je dat je het weet. Soms niet.

Waar zul je blijven?

In nooit weten. Hoop je soms. In eindeloze honger naar verwondering. En de angst dat je er te moe voor zult zijn.

Waar zul je blijven?

En de woorden. Onzichtbaar hebben ze je huid ingenomen. Ze hoeven niet gezegd te worden, ze zijn er gewoon. Ze zouden kunnen aangeraakt worden. Je kunt er wonen. Ze schragen je efemere lichaam. Waardoor je langer kunt blijven.

2 opmerkingen:

De kleine Aristocraat zei

"Waar zul je blijven?"

Nergens, Jan, nergens.
Je zal altijd ergens zijn.
Maar blijven, neen ...


.

outletinshop zei

I will stay in your MK