03 oktober 2009

Laat het zijn


Woorden en allerlei andere dingen razen door je hoofd, en ook wel alle andere delen van het lichaam. Je zou willen dat het gaat liggen. Dat het verdwijnt. Maar het zal de tijd nodig hebben die het vraagt. Waarschijnlijk.

Wat zou het mooist denkbare zijn dat zou kunnen gebeuren nu? Wat zou ertoe kunnen leiden dat het harde lichaam wordt uitgewist, zoals een inktlijn na een druppel water? En of het nu een regendruppel is, of een traan, het effect is hetzelfde. Wat zou het zijn, het is te denken. Er zouden zelfs geen woorden zijn, zelfs geen stille, misschien wel.

Gewoon wachten zal het zijn. In stille uren. Het lekt wel weg.

Zou het kunnen dat je sommige dingen steeds moeilijker verdraagt met het ouder worden? Het verlangen naar machtsvrij spreken wordt gekwetst, het zal er wel bij horen, zoals men zegt, maar toch. Misschien weet je beter waarom je het verlangt met het ouder worden.

Dat de rivier in je vloeit, het kwam naar je toe, eerder dan nu, en het ontroerde je. Laat de rivier alles overnemen, stap voor stap. Ook naar ontroering kun je verlangen.

Laat het zijn. Laat de dingen zijn wat ze zijn. Voor vandaag toch.

Waarom je schrijft, wou iemand weten. Je zou alleen al met tranen kunnen antwoorden. Meer niet. Of anders wijzen naar je handen. Elke letter van elk woord zou een steen kunnen zijn. Een voor een leg je de stenen in een rij. Elke steen draai je voorzichtig, tot hij juist ligt. En uiteindelijk kun je teruglopen, langs die lange rij, en kijken. Waar er eerst niets was, is er nu een lijn, een pad. Er is een plek. En wat het met je doet om alles zo te leggen. Hoe het je ademhaling verandert. Hoe je het in je handen voelt. Je kunt je rug draaien, je zou zelfs alle stenen opzij kunnen duwen, je weet wat er was. Het is er minstens even geweest. Het heeft zichzelf uitgespaard uit het niets. Het staat los van jou, en tegelijk kan het alles zijn wat jij zou kunnen zijn. En hoe je ernaar kunt kijken, om nadien met meer rust te kunnen zwijgen. Misschien is dat het antwoord.

Hoe je kunt houden van woorden die het niet weten. Woorden die kleine eilandjes kunnen omringen waar de dingen heel even niet helemaal duidelijk moeten zijn. Waar er niet wordt gevraagd om in één woord te zeggen wat de dingen zijn. Of ze wit of zwart zijn, of andere varianten van hetzelfde. Wat echt belangrijk is, laat zich niet vatten in niet meer dan een woord. Hoe beschrijf je de schoonheid van een vrouw? Hoe zou je verwoorden wat je bang maakt en waarom en wat het met je doet? Hoe kun je weergeven hoe alle varianten van jezelf door je heen schuiven? Hoe zou je ooit kunnen zeggen waarom de muziek bijna even levensnoodzakelijk voor je kan zijn als ademen? Hoe kun je het gemis aan de woorden toevertrouwen, en hoe de machteloosheid tegenover de pijn van een ander? De woorden zijn zelf het verlangen. Misschien verlangen ze wel naar zichzelf, misschien gewoon naar het leven.

Soms zou je willen dat woorden iemand kunnen doen glimlachen. Dat iemand het warm kan krijgen. Dat iemand zich heel even thuis kan voelen daar. En terwijl je dat droomt, kan je eigen huid zachter worden.

Het is donker geworden buiten. Er is ook wind. Nu is er alleen maar binnen, aan deze kant van de muur.

Ook deze dag zal zich uiteindelijk rustig neerleggen. Je bent ondertussen aangekomen aan de oever van de rivier. Je kunt daar gaan zitten, en kijken, blijven kijken. Tot het tijd is. Alles verdwijnt.

2 opmerkingen:

De kleine Aristocraat zei

"Let it be..."


Soms zijn we lippen.
Dan weer handen.
Een andere keer slechts ogen.

Maar steeds weer die andere.


.

leen zei

Tussen alle nog te lezen boeken ligt er 1 die telkens aangeraakt wordt: 'over de troost van pessimisme'. Alleen de titel zien brengt al zoveel troost.
Het verlangen in zoveel 'bij elkaar geaarzelde verfijndheden', troost en rust.