12 december 2009

De druppels



Hoe het altijd gaat. Je ziet iets in een film, of iemand vertelt je iets, en het komt weer terug. Niet altijd. Misschien wel steeds minder, het zou kunnen. Maar soms dus wel. Als een kleine golf die je even overneemt. Daarna trekt het water zich wel weer terug in zichzelf. Misschien ben je zelf nog nat, maar ook dat droogt wel weer op. Misschien blijft er hier en daar nog een spoortje van het zout.

De vrouw op de televisie wordt klaargemaakt voor haar chemo. Ze legt zich neer. De zakjes worden opgehangen. De arm wordt genomen, de naald ingebracht.

En wat je je herinnert. Soms de geuren. Hoe alles rook. Hoe alles anders rook. Alsof alle geuren net een centimeter opzij kunnen gaan, en je dan aankijken alsof er niets gebeurd is. En je kijkt terug, en je weet dat je een beetje verdwaald bent.

Soms zijn het andere dingen. Zoals de temperatuur van de vloeistoffen die langzaam je lichaam in gingen. De ene zak voelde koel aan, de andere niet. De naald was niet erg. Die mocht er elke keer opnieuw in. Liever zelfs. En dan te weten dat ergens, bijna halverwege de tijd die nodig was voor al die vloeistoffen, even de slaap zou komen opduiken. Altijd op hetzelfde moment. Dat was het moeilijkste. Even de controle loslaten, en erop vertrouwen dat alles nadien weer hetzelfde zou zijn. Het lukte niet. Misschien zou het gelukt zijn als het thuis was gebeurd, wie weet. Misschien zou het gelukt zijn als er iemand bij was die zei dat alles goed was en die wachtte, wie weet. Merkwaardig, hoe dat weerkerende moment telkens moeilijker was dan de misselijkheid.

Of de eerste uren weer op de kamer, na de operatie. Even daarvoor, wakker worden in een koude ruimte vol lawaai. Met veel apparaten, en mensen overal. Twee bezoeksters, en meteen lachen. Voelen hoe je vastgezogen leek in het bed. Een mevrouw die kwam zeggen dat ze je zo naar je kamer zouden brengen. En hoe goed het voelde daar die nacht. Rustig. Een lichtje aan. En even leek alles goed te zijn. Iets was voorbij. En het leek alsof er gewaakt werd, net genoeg.

Soms overvalt het je. Misschien is het diezelfde golf. Hij komt je steeds bezoeken. Telkens een beetje anders, en toch hetzelfde. Teder als water kan zijn.

Misschien is het de muziek die zorgt voor de toegang die er altijd al was. De muziek die iets doet tussen liefde en pijn. Tussen tuin en wereld.

Dat je niet genoeg doet voor het leven. Dat je niet genoeg terugdoet. De twijfel gaat nooit over. Het leven is bij je gebleven, het had ook weg kunnen gaan. Maar het is gebleven. Alsof er een engel naast je stond, die bij je bleef. Waarom was het dan voor anderen anders? Je zou het willen weten, al weet je misschien wat het antwoord zou kunnen zijn. Je zou je ertegen willen kunnen verzetten, dat lijkt al beter. En je weet dat ook dat niets uithaalt, je bent gedoemd tot toekijken. En terwijl is er het leven dat je gekregen hebt, dat je niet verlaten heeft. En je zou iets moeten doen. Als teken van dankbaarheid. En je vraagt je af of gewoon leven en hakkelend proberen wie je lief is graag te zien genoeg is. Misschien moet je dichter bij de ziekte komen. Misschien moet jij af en toe diegene zijn die bij een ander blijft wanneer het leven nog niet weet of het zal blijven of weggaan. De tijd zal het wel leren.

Soms overvalt het je. Dat je wacht op de golf. Dat je bang bent omdat je even iets vergat, zo lijkt het wel. Tot het water je zegt dat het niet erg is. Je hoeft de golf niet naar je toe te halen. Hij zal wel komen. Wanneer hij komt.

Hoe je anderen zou willen beschermen. Het is niet te zeggen. Wat je zou willen kunnen doen, als het in je handen lag. Maar het is niet zo.

Soms overvalt het je. Je kijkt naar jezelf. Je voelt je huid. Je voelt je adem, die vol vertrouwen beweegt. Als was het een golf. En alles lijkt te zijn wat het moet zijn. Alles werkt. Alles is er. In dat ene moment. Het ligt daar zomaar in je handen. Alsof het zo altijd al geweest is. En het ontroert je meer dan te zeggen is. Enkel het zout blijft over.

1 opmerking:

Tricky zei

de druppels zijn hier traantjes geworden Jan, bij het lezen van dit prachtige stukje, alweer... hoe herkenbaar, hoe teder, hoe mooi, zeker nu, voor mij... je weet wel!