19 oktober 2012

Waar zoek je de tekst

Waar zoek je de tekst? Misschien moet de tekst enkel bevrijd worden uit het verhalenuniversum. Moet je je handen uitstrekken en kun je toekijken hoe die over je arm naar beneden sijpelt. Als een stukje smeltend ijs.

Soms moet je wachten op je adem. Moet je wachten tot je je adem geworden bent. Pas dan ben je klaar voor de woorden. Kun je ze tot je laten komen. Ze hebben alle tijd.

Soms moet je alleen maar kijken. Naar de plek waar je dan bent. Naar de mensen, de huizen, de woorden die los door de lucht bewegen, de beelden achter ramen. En dan komt die ene zin gewoon naar je toe. En die zin opent de ruimte. Daar waar de woorden zijn. Soms hebben ze die ene zin nodig om over de brug te komen. En dan moet je gewoon ontvankelijk zijn.

Soms kun je teruggaan naar toen. Het eerste beeld dat bij je komt. Nu zou het eerste beeld zijn die plek in de kamer waar je zit op de grond. Met je rug naar de tafel. De Lego uitgespreid. Er wordt iets gebouwd. Het is groot. Het zit al helemaal in je hoofd, het kan alleen zo zijn. En je doet het allemaal zo. Waarom dat beeld? Waarom nu? Je kunt het alleen weten door de woorden te aanvaarden. Die nemen het beeld over, dragen het in hun handen. Het beeld verdwijnt in die woorden, wordt de woorden. En zo krijgt het beeld een ritme, een voor en een na. Een andere aanraakbaarheid. Het beeld wordt een plek in een tekst. De tekst die alleen zichzelf is.

Soms kun je kijken naar je lichaam. Nu zou het de vorm van je handen zijn. Die merkwaardige lijntjes. Zijn dat ook rimpeltjes? Of is daar een ander woord voor? Je herinnert je hoe je vroeger ook zo’n handen zag, bij grote mensen. En je afvroeg waar die lijntjes vandaan kwamen. Het was alleszins iets van oud. Oud. Maar er is meer dan die lijntjes. Je ziet de beide kanten van je familie. Breed onderaan, en lange smalle vingers bovenaan. Je ziet wat die hand al gedaan heeft, wat ze zou kunnen doen, als. Er zijn meer verhalen met die hand verbonden dan ze zou kunnen bevatten.

Soms kun je kijken in je hoofd. Naar iemand. Iemand die op dat moment niet weet dat je naar haar of hem kijkt. En het ook daarna niet zal weten, waarschijnlijk. Die iemand beweegt. Je moet maar enkele zinnen naar voor schuiven, en daarna moet je enkel volgen. De woorden bewegen het beeld in je hoofd, trekken het met zich mee. Er gebeuren dingen. Er worden dingen gezegd. Je ziet de bewegingen, ze worden niet allemaal onthuld door de woorden, maar jij ziet ze wel. Je ziet wat ze aan hebben, die mensen, of niet, maar ook dat blijft aan de andere kant van de woorden. De tekst laat zich vermoeden, uiteindelijk. En zo moet het zijn.

Soms kun je kijken naar iets in de wereld. Het kan je kwaad maken, vertederd, verontwaardigd, droef of furieus. Dan moet je eerst even door de kamer gaan, heen en weer. En wanneer het moment daar is, moet je enkel maar de woorden volgen die uit je vingers stromen. Zodra je ze ook nog begint te lezen, gaat het fout. Je begint te haperen. Het is alsof je alleen de woorden in je hoofd mag zien. En daar zie je ze op een bepaalde manier letterloos, het is niet uit te leggen. Maar zodra je toch naar de letters begint te zoeken, in die woorden, stropt het. Dus. Je mag alleen maar de stroom volgen. Het is een vorm van zoeken die eigenlijk alleen een ontvangen mag zijn. En pas als de tekst klaar is, mag je lezen.

Soms kun je kijken onder je huid. Daar waar het verlangen huist. Het hunkeren. Daar is het alsof je de woorden een voor een op het droge moet leggen. Heel voorzichtig. De woorden die overblijven mogen, in het beste geval, verlangen naar het verlangen. Misschien zouden ze bij een ander meer kunnen. Niet bij jou. Er zijn te veel risico’s. Jij zou kunnen imploderen. De woorden mogen niet meer zijn dan schaduwen. Mensen die goed kunnen tekenen, kunnen een gezicht tekenen zonder lijnen, ze tekenen enkel de schaduwen. Door de schaduwen uit te sparen uit de ruimte, zie je uiteindelijk het gezicht. Woorden over het verlangen mogen nooit meer zijn dan die voorzichtige schaduwen, ze mogen nooit de lijnen zijn. En zo kan de tekst ook een beetje huid worden.

Of het zoeken of ontvangen is, misschien hoef je dat niet zeker te weten. Misschien maakt het niet zoveel uit. Maar dat de weg van de woorden altijd via je handen loopt, dat weet je wel.

Geen opmerkingen: