13 januari 2013

Mannenzaken

De mannen onder elkaar. Een belangwekkende discussie over kleding. Hoe gaat dat? Koop je alles zelf? Gaat er iemand mee? Wil je graag mooie kleren kopen? Heb je een pak? Heb je een das? Wat is een ‘geklede’ broek? Wanneer wordt een broek ‘werkkleding’? Welk effect heeft een mooie vrouw in mooie kleren naast jou? Hoeveel broeken heb je? Hoe vaak mag je een kledingstuk repareren en wanneer moet het echt wel weg? Wie gooit er dan iets weg? Hoe lang kun je doen met een bril? Is het fijn om een vriendin mee te nemen als je een hippe bril wilt? Mag je zelf iets kopen dat je vrouw niet goed zou keuren? Heb je een vrouw nodig om je erop te wijzen dat je dat hemd echt toch wel niet meer mag dragen? Kun je een man en een vrouw ook in je eigen hoofd hebben zodat die twee daar de discussie kunnen voeren? Hoeveel procent van de vrouwen zou zich geflatteerd voelen als je haar zegt dat ze iets moois aanheeft of opmerkt dat ze net haar haar heeft laten knippen? Droom je stiekem van een mooi pak, op maat gemaakt? Wat is de beste soldenstrategie? Ben je eigenlijk ook een beetje jaloers op de vrouwen, die zoveel meer mooie kleren in mooie kleuren kunnen dragen en kiezen en niet zoals mannen veroordeeld zijn tot telkens weer die brave kleuren? Voel je jezelf beter als iemand zegt dat je mooier bent met dat ene jasje aan? Kunnen mannen ook schoenen of kleren kopen uit compensatie voor een dipje of zo? En nog 37 andere vragen. Een hels debat. Dat je op de een of andere manier troost.

Soms droom je wat je zou willen dromen, zonder dat je dat aan jezelf had durven toegeven, misschien. Soms duurt zo’n droom ook lang, tot je eigen verbazing, en kun je telkens opnieuw stukken toevoegen aan die droom.

Of ze die stomme auto’s nu betalen, leasen, huren, met crimineel geld betalen, in een koffertje vol cash, en of dat al dan niet voldoende is gevat in de wet tegen de witwaspraktijken, dat is ongetwijfeld een belangrijke kwestie. Maar dat ze die onnozele dikke blinkende voertuigen nodig hebben om iets te zeggen over hoe man ze zijn, het blijft – op zijn vriendelijkst gezegd – een beetje zielig. Eigenlijk.

Een hortende nacht. Alsof vooral je benen geen rust vonden. Het hoofd ziet er ingedeukt uit, die ochtend in de spiegel. Zou je daar iets aan moeten doen, of gaat dat vanzelf weer over? En zou er iemand zijn die het verschil ziet?

Dat sommige mensen weinig gevoel voor humor hebben, denk je soms.

Of dat niet een klein beetje onnozel is, je handen voor je ogen houden, met een spleetje vrij, om niet te moeten zien wat er zal gebeuren in de aflevering van die reeks? Gelukkig ziet niemand jou hier zo liggen.

Hoe dik mag je de sneetjes brood snijden om nog genoeg brood te hebben voor morgenvroeg en voor de boterhammetjes die je mee moet nemen naar het werk? Tot daar mag je dus snijden.

Waarom doe je dat eigenlijk? De wekkerradio ook op zondag zetten. Terwijl je uit zou kunnen slapen, als dat al zou lukken. Om dus op zondag wakker te worden met die radiostem die je helemaal niet wilt horen, waarna je de radio dus weer onmiddellijk uitzet.

Je zou iemand iets willen zeggen. Je oefent al een beetje de woorden. Zodat ze er op het juiste moment zogenaamd spontaan juist uit zullen komen. Alsof je dat allemaal zou kunnen. Of gewoon om preventief al je drempelvrees te overwinnen.

Je moet die bespreking van dat Duitse boek nog afwerken. Je bepaalt voor jezelf het aantal minuten dat je uitvluchten mag zoeken om er niet aan te moeten beginnen. Om vast te stellen dat dat toch eigenlijk wel een beetje belachelijk is.

Wat een verbijsterende vertoning. Duizenden mensen die door de straten lopen, omdat ze vinden dat sommige mensen niet mogen trouwen. Dat ze blij zouden moeten zijn dat er nog mensen zijn die wel willen trouwen, denk je. Dat ze zich heel erg diep zouden moeten schamen, denk je. Eigenlijk.

De mannen onder elkaar. Dat van die 50 tinten grijs. Enkele mannen hebben blijkbaar op een andere planeet geleefd. Nooit van gehoord, is dat een hype? En waarover gaat dat juist? En hoe dik is dat boek? Hoe dik? En hoe is dat in het Engels? En het Duits? Waarop de mannen die er al wel van gehoord hebben moeten uitleggen wat er allemaal juist in dat boek staat, hoewel zij alleen op de hoogte zijn van de secundaire literatuur, vanzelfsprekend. En ook uitleggen waarom zoveel vrouwen dat boek willen lezen. Niet simpel. Je kunt wel uitleggen dat het bij een willekeurige treinrit soms zo lijkt alsof een op drie vrouwen in de wagon in dat boek zit te lezen, al dan niet ingepakt in kaftpapier. De interesse is vanzelfsprekend enkel sociologisch.

Geen opmerkingen: