22 september 2012

De ogen van Rosa


Ik zag haar bij Sing for the Climate. Ze stond ergens aan de rand van het plein, in haar eentje. Ze keek wat verlegen voor zich uit. Of ze ook een polsbandje wilde kopen, vroeg ik. Voor de organisatie. Het was mijn taak om tussen het volk door te lopen en fietsplaatjes uit te delen en polsbandjes te verkopen.

Rosa, zo heette ze.

‘Als ik twee polsbandjes koop, blijft u dan even staan hier?’

Voor de goede zaak doen we alles natuurlijk. En Rosa begon te vertellen.

‘Weet u, ik heb wat problemen gehad met mijn minnaar. Ik heb hem leren kennen in de natuurwinkel. Aan de sla. Ik zal het nooit vergeten. Eikenbladsla. Met van die roodbruine randjes. Dat is de lekkerste. Meer smaak ook dan die ijsbergsla. Die is wel knapperig, maar heeft eigenlijk veel minder smaak. En daar botsten we op elkaar. Arno, zo heet hij. Heel mooie man trouwens. Met dat lang haar zo, en die krullen. Bijna iets vrouwelijks, maar net niet.

Ik luisterde, knikte met een begrijpende blik, en vroeg me af hoe lang je mag blijven praten voor de prijs van een polsbandje. Maar goed, als het klimaat er beter van wordt, dan moet je alles doen.

‘Ik moet u zeggen, Arno is een geweldige minnaar. Hij moest nog maar naar me kijken, en er begon iets te tintelen. Ergens in mijn kleine teen, en dan zo naar boven. En daarna voelde ik me week worden, en dat begon zo hier ergens, tussen mijn schouders, en dan zo naar beneden.’

Ik vroeg me af of ik al die details wel wilde horen. Maar voor het klimaat schuif je al snel wat dingen aan de kant.

‘Het probleem is: die worsten. Hij eet graag worsten, heeft hij bekend. Van die dikke. Hij heeft zo van die fantasieën, om een meter worst te eten, en dat dan terwijl hij vertelt over zijn 4x4. En ik zou dan tegelijk ook nog iets met zijn tenen moeten doen. Ik moet toegeven, dat is ook een gevoelig punt. Die tenen, tot daar toe, maar die 4x4. En dat vet van die worsten blijft dan ook nog in zijn snor hangen. Dat ligt blijkbaar gevoelig, die snorkwestie. Ik heb het hem eens gezegd, dat hij veel mooier zou zijn zonder snor. Amai, dat heb ik geweten… Om zich af te reageren heeft hij een hele dag met zijn hogedrukreiniger het koertje achter mijn huis staan schoonmaken. En u moet weten, dat is een klein koertje. Dus ik denk dat hij zelfs een stuk van het beton eraf gespoten heeft. Een laagje of zo.’

Waarom zou een vrouw met zo’n mooie ogen als Rosa bij Arno willen blijven, die vraag drong zich steeds meer op. Het zou misschien ook wel beter zijn voor het klimaat, als Rosa die Arno gewoon zou dumpen, of zo, dacht ik.

‘Maar het erge is eigenlijk, en daar is het fout beginnen te gaan, dat hij helemaal niet zo graag naar de natuurwinkel gaat. Hij had gehoord, van een vriend van een vriend, dat in de natuurwinkel, bij de sla, altijd mooie vrouwen te vinden zijn. En daarom was hij daar dus naartoe gegaan. Het is natuurlijk prettig om te weten dat ik dus blijkbaar in de categorie mooie vrouwen val. Daar was ik me helemaal niet van bewust. Ik heb een vriend die me dat al lang zegt, dat ik niet besef hoe mooi ik eigenlijk ben, maar ik heb hem nooit geloofd. Maar Arno pikte mij er dus uit, en ik moet zeggen, toen hij daar voor me stond, met die ogen, en die geur, ik was uitgeschakeld. Maar ik heb altijd gedacht dat het dus toeval was, en dat is helemaal niet zo. Misschien had ik stiekem gehoopt dat hij in die ene flits ook al mijn intrinsieke kwaliteiten had gezien. Ik dacht dat hij spontaan aan mij kon zien dat ik een doctoraat over Spinoza heb gemaakt. Of minstens dat onze ontmoeting daar voorbestemd was. Ja, want ondanks een doctoraat, blijven we allemaal toch een beetje van die meisjes van Vijf TV, of VIJF, of hoe heet dat ding tegenwoordig? Zo dat romantisch verlangen, met een dekentje voor de televisie, en een glas rode wijn. Maar sinds ik dat heb ontdekt, van die natuurwinkel, is er iets weg. Die tintels, die zijn weg. Hebt u ook wel eens tintels?’

Ik wou haar een verhaal vertellen over die ene vrouw, bij wie ik letterlijk knikkende knieën kreeg, toen ik haar voor het eerst zag, maar ik deed het toch maar niet, ik was een beetje verlegen. Ik sloeg mijn ogen terug op, en zag de hare, de ogen van Rosa. Even was er een kleine tintel, in mijn onderrug. Daar waar het normaal altijd pijn doet.

‘In elk geval, ik heb Arno dan maar buitengezet. Min of meer toch. Ik heb hem gezegd dat ik een andere minnaar heb. Dat is helemaal niet zo, maar het was wel bijzonder efficiënt. Arno kon er niet echt mee lachen. Hij heeft nog een gat in de keukendeur gestampt. Die deuren van tegenwoordig, dat is eigenlijk niet meer dan karton. Niets waard. Maar via een vriendin van een vriendin heb ik gehoord dat er bij Sing for the Climate waarschijnlijk veel mooie mannen zouden zijn.’

Ik nam haar bij de arm, en bracht haar tot voor het podium. Ik wees haar op de dirigent. Haar mond viel lichtjes open. Als versteend bleef ze staan. Een uur later stond ze daar nog steeds zo. Een houding trouwens met een zeer kleine ecologische voetafdruk.

En zo is de redding van het klimaat toch weer een stap dichterbij gebracht.

Geen opmerkingen: