21 april 2013

Ja

Dat jij wel de enige zult zijn die zenuwachtig en verlegen is. Of iets in die aard.

Dat wordt later niet geheel bevestigd.

Hoe handschriften passen bij mensen. Je weet het pas als je het ziet.

Goudvissen in je handen houden, het is toch nog beter.

Dat je eraan komt, je geeft het nog even door. Voor alle zekerheid.

Je begint iets sneller te stappen. Omdat je dus onderweg bent. Of iets in die aard.

Net voor de hoek diep inademen, lichtjes trillend. Oefenen in binnenkomen.

Dat jij dus wel degelijk heel verlegen bent. Misschien geeft het niet.

Hoe lang mag je kijken? Vragen die hopelijk nooit beantwoord worden.

Dat je nog iets bij je hebt, maar dat je het later zult geven. Haha.

Je zou iets, nee, nog veel, willen zeggen. Als je dat zou durven.

Je kijkt graag naar bewegingen. In het kader van herinneringenopbouw.

Zou ze merken dat je de hele tijd zit te glimlachen?

Alsof dat opruimen eindeloos zou mogen duren. Het rakelings naderen.

De Goldbergvariaties zijn als een kantelpunt in de avond.

Nee, die wijn is inderdaad niet lekker hier.

Stotteren met veel volk rondom je, het is niet eenvoudig.

Aan traag kun je niet zomaar ontsnappen. En daarom.

Is het nu het hof maken of de hof maken?

Als het maar een eeuwigheid duurt. Of iets in die aard.

Zelfs het stotteren went. Het is eenvoudiger dan je vreesde.

Je weet het weer. Je kunt niet weerstaan aan haar glimlach. Wat is ze mooi.

Alsof iets er al heel lang was. Dat denk je even.

Misschien is dit ouderwets? Maar het is wel goed.

Blij dat je buiten bent. In de toch wel koude nacht.

En even later roep je hoera. Heel even, heel zachtjes hard.

Dit past goed, denk je.

Hoe verlegen je kunt zijn.

Het geeft niet.

En iets neem je mee in je dromen.

Geen opmerkingen: