05 september 2007

Het benenwerk


Je komt jezelf tegen in je eigen lichaam. En wie er het eerst was of is, is niet te weten. In oude verhalen over de tegenstelling tussen lichaam en geest geloof ik niet zo erg. Alleszins niet in de zin dat je zou kunnen zien waar het ene begint en het andere ophoudt. De geest is lichamelijk, en het lichaam is geestelijk. Zo lijkt het wel.

Over dit belangwekkende vraagstuk zijn al eeuwen boekenkasten vol geschreven. En in het slagveld dat je lichamelijk zijn is, kom je alle kanten van dit onoplosbare zoeken tegen. Neem nu de benen. Benen zijn merkwaardige dingen. Soms sta ik mezelf in de spiegel te bekijken, en dan zie ik ze. Dan verschuif ik langzaam mijn gewicht van het ene naar het andere been, en voel hoe de dingen veranderen. Het heeft me altijd gefascineerd hoe al die onderdelen van zo’n been aan elkaar blijven hangen, en in een min of meer coherente manier met elkaar opschieten.

De werkelijkheid gebiedt me toe te geven dat ik soms een wat verstoorde relatie met mijn benen heb. Vergeleken met veel andere mensen ben ik van het iets langere type. En dat geldt ook voor mijn benen. Het zijn de omstandigheden die je op jezelf wijzen. Soms liggen mijn benen geweldig in de weg. Als ik me in een stoel in de schouwburg probeer te installeren ergens op het tweede balkon, dan wou ik dat mijn benen kon afhaken, en even in de zijgang leggen. Of als ik in de trein aan het raam zit, met mensen op de stoelen rondom mij, dan moet ik allerlei ingenieuze bewegingen uithalen om op enigszins sierlijke wijze uit die positie weg te raken. Die benen waren al half naar achter geplooid, om niet tussen de knieën van de persoon tegenover mij terecht te komen. En bij het rechtstaan voel je dan ook altijd dat ze eigenlijk ook gekneld zitten onder het tafeltje bij het raam. Zo half verwrongen moet je dan je jas uit het rek halen, om dan met een goed gerichte stap zijwaarts in de middengang terecht te komen.

Maar die benen verzinnebeelden ook mijn dubbel lichaamgeestverlangen. Dat bestaat erin dat de ene het toch zonder de andere zou willen doen. Soms zou een mens een en al door zijn of haar geest gestuurde gratie willen zijn. Alsof je lichaam niet lichamelijk in de wereld is. Onberoerd door de zwaartekracht. Ongehinderd door de andere dingen. Hoewel ik niet geheel onhandig ben, schrik ik soms nog van de omvang van mijn lichaam. Het is niet echt dik, maar het komt soms verder dan ik dacht dat het was. Soms is mijn voet eerder aan de onderkant van het aanrecht dan ik had verwacht. En elke keer als ik mezelf gracieus door de kelderdeur wil slalommen om zo die mooi gevormde ui te nemen waarop mijn gerecht ligt te wachten blijf ik met mijn hemd of trui achter de deurklink haken. Op die minuscule oppervlakte lijk ik dan immens.

Soms is er een verlangen om alleen gewilde beweging te zijn. Met een lijf dat ontsteeg uit een dimensie waar de fenomenen pijn, proportie en opgespaarde tijdelijkheid zich voordoen. Er zou alleen sierlijkheid zijn. Een huid die zich ongemerkt en soepel vormt naar alle te vermijden obstakels. Benen die meer gedragen worden door een idee dan dat ze zelf dragen.

En soms is er het omgekeerde verlangen. Een lichaam waaruit de geest zich teruggetrokken heeft. Dat alleen het eigen ritme volgt. Niet gehinderd, afgeleid, beoordeeld of door herinnering of angst bezwaard. Een lichaam dat een enkel buiten de tijd bestaande waarheid terugvindt die alleen kon worden geproefd na het verlaten van de geest. In mijn fantasie zitten de benen van sommige voetballers in deze categorie. Mijn kennis van het voetbal is volstrekt onbestaand, maar soms kijk ik wel eens heel even graag naar hoe ze bewegen. Er zijn voetballers van het brute geweld wat het aansturen van de benen betreft. Het is alsof je ziet hoe ze ploegend als een tank over het gras bewegen, hoe er uit een hoofd opdrachten worden gegeven aan benen en voeten, en hoe die opdrachten worden uitgevoerd. Maar er zijn er ook die enkel beweging zijn. Zodra ze zouden nadenken, zouden ze over zichzelf struikelen. Hun lichamen zijn opgenomen in een vorm van mystieke beweging, onthecht en aards tegelijk.

Het doet me denken aan die momenten zoveel jaar geleden tijdens de salsales. Ik zag de wonderlijke bewegingen van onze Cubaanse lerares. En ik voelde dat die bewegingen ergens aan de einder van mijn lichaam op mij lagen te wachten. Alleen moesten ze eerst door mijn hoofd gaan. Op een of andere manier moest ik de beweging begrijpen, om ze dan zo uit te leggen aan mijn benen. Wetend dat ooit, na lang oefenen, die benen hun aangeleerde kennis zouden kunnen vergeten, en schijnbaar achteloos zouden bewegen. Maar tot aan dat moment was er nog veel. En ik droomde van benen die ongeleerd, onwetend, zich zelfs niet bewust van het feit dat je zou kunnen denken over een beweging, alleen maar zouden verdwijnen in de muziek.

Je verlangt naar het andere, maar het andere zit in jezelf. Al wat daar zou kunnen zijn, is enkel te denken in dingen die van hier zijn, en omgekeerd. Dat je dus eigenlijk alleen kunt strompelen, is een grote troost. En dat opent meteen nieuwe perspectieven. Wetend dat je alleen maar kunt falen is het erg motiverend om nieuwe bewegingen te leren.

En laat ik nu net wat dat laatste betreft twee interessante didactische filmpjes ontdekt hebben. Bewegen voor gevorderden als het ware. In de eerste plaats is er de grote Bob Dylan. Hij is eigenlijk nogal klein, maar hij is dus groot. De echte fans weten het al, maar den Bob heeft als uitvinder een belangrijke bijdrage geleverd aan de menselijke geschiedenis. Hij heeft drie belangrijke dingen uitgevonden. Ten eerste zichzelf. Die uitvinding is zo complex dat hij ze zelf nog altijd niet begrijpt. Ten tweede is er de Olympische discipline van het neuszingen. En ten derde blijkt dat niet een Vlaamsche eurosongkandidate, maar wel the one and only Baaawwb de uitvinder is van de kniezwengel. Let maar eens op dat linkerbeen in dit amateurfilmpje.

En dat je alles, ook discodansen, kunt leren blijkt ten slotte uit dit pedagogische filmpje dat als clip gebruikt wordt door Ryan Adams. Het komt toch nog goed met de mensheid, ik weet het wel zeker.

Geen opmerkingen: