28 april 2012

Weet je waar je bent



Even soezen op de bank. Je verdwijnt even, in een weg van. Weg van de dingen. Je weet niet eens of je wel terug zult komen.

Ooit heb je het geleerd, of ooit is het weer tot je gekomen. Misschien wel ongemerkt. Hoe je je uit handen moet geven, aan weg van de dingen. Uit handen laten glijden is misschien een beter woord. Het zou kunnen dat het verzet zich heeft teruggetrokken, waarna de ruimte overbleef, als een stuk strand. Klaar om te verdwijnen. Voor even dan.

De zetel in de hoek van de kamer. Die plek daar. Bestand tegen ruggelingse winden, en geruisloos binnentrekkende legers.

En soms kijk je rond, en vraag je: waarom hier. Waarom je net hier bent, en niet ergens anders. Waarom dat hier de plek is die je hier noemt, de plek waar je naartoe gaat, telkens weer, als je niet hier bent.

En of dit hier wel het hier is. Misschien ben je tijdens het even weg van de dingen wel verplaatst. Stiekem. Door zachte handen. Die je nooit zouden wekken.

Het zou kunnen dat er iemand aanbelt. Je zou de deur openen. En iemand zou daar staan, die je lijkt te herkennen. Die iemand had blijkbaar verwacht dat jij hier, op deze plek, zou zijn.

Misschien zijn het de anderen die je moeten zeggen, die je moeten leren waar je bent.

Je hebt het altijd zo gedaan, en soms doe je het nog. Denken aan al wie je lief is. Iedereen een voor een in je hoofd halen, en zien waar ze wonen, waar ze zijn. En zo de kaart in je hoofd bevestigen, of herstellen. En uiteindelijk zien dat de lijnen in jou samenkomen, daar waar je nu bent.

Je had ook ergens anders kunnen zijn gestrand. Maar zo is het niet gelopen. Het zijn verhalen die je doorheen het universum bij de hand nemen. Geliefden die je vragen om op die plek te blijven staan. En als je lang genoeg wacht, dan lijkt het alsof dat de plek zou kunnen worden.

De vraag naar het waarom is niet te beantwoorden. Er is geen plek in de ruimte die op jou wachtte. De plek wachtte op herinneringen. Zodra jij er bent, zodra jouw verhalen er zijn, ontvangt de plek ze. Overal waar je was, zullen de plekken zich jou herinneren.

Je zit in de zetel in de hoek van de kamer. Je kijkt naar de dingen in het huis. Ze laten zich betasten door het licht. En het is alsof ze glimlachen, en zeggen: wij zijn er. Dit is zo plek als het kan zijn. En misschien hebben ze wel gelijk.

Misschien is de zachte onrust een gegeven, en is al het andere iets wat je naar je toe moet laten komen. Als een bezoeker die elke dag voor de deur staat. Weten waar je bent, is dan waarschijnlijk minder een weten dan een ontvangen. Zoals je eb en vloed ook gewoon zou kunnen ontvangen, zonder je af te vragen waarom ze er zijn of wat ze zijn. Alleen strand zijn, en kijken naar het water, voelen hoe het je huid beroert.

Soms is de man die je ziet in de spiegel een vreemde. Eerst denk je dat het een vergissing moet zijn. Daarna besef je dat je niet zou kunnen zeggen wie er dan wel in de spiegel zou moeten staan. En daarna denk je dat de spiegel wel gelijk zal hebben. Om ten slotte, wanneer je die avond gaat slapen, blij te zijn met de herkenning. Al die verhalen, het eindeloze gewriemel dat je bent, van binnenuit gezien, dat alles zou best wel eens kunnen samenvallen met de man die je daar ziet. Hoewel het beeld nog altijd veel afgelijnder lijkt dan het vervloeiende en verdwijnende dat je zelf ervaart.

Je staat op, en schuift het grote raam open. Het is zacht buiten, bijna warm. De kinderen hollen over het plein. Al die geluiden, laat ze blijven, nog even.

2 opmerkingen:

http://uvi.skynetblogs.be/ zei

De vraag naar het waarom is niet te beantwoorden. Er is geen plek in de ruimte die op jou wachtte. De plek wachtte op herinneringen. Zodra jij er bent, zodra jouw verhalen er zijn, ontvangt de plek ze. Overal waar je was, zullen de plekken zich jou herinneren.

...

Zestig trappen, ik heb ze geteld Jan, deed ik om Nolens te gaan halen. Beneden. Ik zit op zolder.

En ik citeer uit 'Dagboek van een dichter' - pag. 75:
'Was het niet Canetti die zei dat de wereld juist zo interessant is omdat elk individu zich beschouwt als de navel van de wereld?'

Er is niets mis met je navel, Jan.

Maar zopas ging ik kijken naar de 'naam' van je Blog, hierboven.
Je plek.

En daar wapperde je naam als een vlag boven een villa.
Ik voel me altijd een beetje thuis hier.
Zoals je aan zee bent. Op vakantie.

mvg

Jan Mertens zei

Dankjewel voor je mooie reactie Uvi. Een villa aan zee, dat is wel een mooie plek natuurlijk...