23 juni 2013

Taartjes

’s Ochtends in de winkel. Diverse taartjes in het uitstalraam. Het zondaggevoel. Wat zul je kiezen? Dus: frambozen, citroen en karamel. En nog een brownie. Je ziet die impressionante bolle chocoladetaart. Die ziet er klein uit. Tot je ervan begint te eten… Moet zo ongeveer gebakken chocomousse zijn. De taartjes in een doos. Dat is eigenlijk het enige probleem. Hoe moet je die doos nu weer op een redelijke manier op je fiets vervoeren zodat bij aankomst, zoveel kilometer verder, de frambozen zich nog min of meer op het taartje bevinden?

Eerder die week. Een warme avond. Dezelfde fietsweg. Het is alsof je door een gordijn van kleine vliegjes fietst. Je probeert zo min of meer met je ogen dicht te rijden.

De avond daarvoor. Mevrouw de buschauffeur (of is dat een chauffeuse?) zit de hele tijd te zuchten en te vloeken. Allerlei wezens lijken het zomaar aan te durven in haar weg te rijden. Het de weg op rijden na een halte (in het busjargon halteren, altijd een merkwaardig woord gevonden) gebeurt op licht forse wijze. Waarschijnlijk is dit haar laatste rit voor vandaag, en wil ze snel thuis zijn. Hopelijk wacht er een mooie man of vrouw op haar die haar in de armen zal nemen en sussen. Misschien is ze gewoon boos op de wereld. In het algemeen. De wereld dan.

Twee meisjes dartelen vrolijk rond. Ze hebben nog niet door wat er zich in de doos bevindt, denk je. Op de doos staat trouwens belangwekkende geheime informatie. 25 x 5. Zou dat betrekking hebben op het aantal koekjes dat in die doos kan? En zo ja, hoe groot zijn die koekjes dan? Is dat niet een wat rare inhoudsmaat? En waarom dan zeggen 25 x 5. Een stem ergens in je hoofd zegt dat het ook zou kunnen dat het hier gewoon het aantal centimeters betreft, wat dus informatie geeft over de grootte van de doos. Lijkt eigenlijk wel min of meer plausibel. Het ene meisje komt even in de doos kijken. Ze ziet lekkere dingen. Het andere meisje springt nog steeds door het huis. Misschien is in de wereld alles geweldig. In het algemeen. Geweldig dan.

De dag daarvoor. Je probeert op tijd aan het station te zijn. Maar er is geen andere weg dan dwars door de stad. En daar is het druk. De langste dag. Langste? Traagste zul je bedoelen. Er zijn blijkbaar mensen – veel mensen – die het om een of andere mysterieuze reden fijn vinden om traag over de straat te slenteren om dan zo vaak mogelijk te stoppen bij wat als aanbiedingen wordt voorgesteld. In dichte drommen vullen ze de straten. Er is natuurlijk weer geen rekening gehouden met mensen van een normale lengte zoals jij, die tegen een aanvaardbaar tempo aan het station moeten geraken. Of zoiets. De zenafdeling in je hoofd doet verwoede pogingen om je tot enige onthechting aan te zetten. Lukt niet helemaal. Natuurlijk ben je uiteindelijk nog ruim tien minuten te vroeg op het perron.

Twee meisjes putten uit hun arsenaal aan verfijnde ‘hoe bespring ik mijn mama die een kleine poging doet om even in de zetel te gaan liggen op de meest performante wijze’-technieken. Het arsenaal is uitgebreid, zo blijkt.

Dat het eigenlijk wel spannend is. Zomaar beslissen over een vakantie. Prentjes kijken op het net. En dan via een gestroomlijnde besluitvormingstechniek tot een voorstel komen. Zullen we de groene, de gele of de roze kamer nemen? Existentiële vraag. Op die foto ziet dat bed er wel indrukwekkend uit. Maar waarschijnlijk zul je dan je benen even moeten afhaken, of zoiets. En dan later op de dag een mail sturen naar die plek. Beetje zenuwachtig toch. Waarom eigenlijk? Het hoort bij het concept van een B&B dat mensen informatie kunnen vragen over de eventuele beschikbaarheid van een kamer op die en die dag. Ja, dat is wel zo, maar misschien kunnen andere mensen dat meer zoals het hoort. Toch maar doen. Om enkele uren later vast te stellen dat er al een antwoord is. Een antwoord met jullie twee voornamen bovenaan. En de mededeling dat de gele kamer nog vrij is.

Twee meisjes eten deskundig stukjes worst. Bij het ene meisje vloeit de r in worst er al iets beter uit dan bij het andere. Hoewel de r geen impact heeft op de zin in worst. De worstzin als het ware. Er moet trouwens ook nog uitgelegd worden wat het verschil is tussen een performante en een perforante persoonlijkheid. Of jullie een koppel zijn, wordt er gevraagd. Net voor de ansjovis, of zo. Daarna wordt er verder gegaan met de taartjes. Kleine stukjes. Om het taartjesverlangen onder controle te houden. In het algemeen. Taartjes dan.

Na het afwerken van enkele mails zou er nog iets nuttigs moeten gebeuren. Je had je voorgenomen om nog te poetsen. Op een zondagnamiddag? (Interne dialoog, poging tot het vinden van uitvluchten.) Tot je ziet dat die tomatenplantjes dringend verpot moeten worden naar die grotere potten, die al klaar staan. Toch maar snel dat eerst doen. Goed idee, want je rug gaf al sinds zondagochtend onmiskenbare signalen over dingen die je beter niet zou doen. Verpotten klaar. Heb je nu wel genoeg nuttige dingen gedaan? Misschien kun je, gewoon om even te proberen, al een stukje van je terras schoonmaken en opruimen? Terwijl je daaraan begint, stel je vast dat je rug dit ook niet echt een goed idee vindt. Tegelijk besef je dat het wel bijzonder lullig zou zijn om een derde van je terras schoon te maken en de rest niet. Dus maar alles doen. In lichte staat van geradbraakt (8 op de schaal van ergheid, minstens) wordt alles afgewerkt. En toch kun je je mensen indenken die meteen zouden opmerken dat je alles nog niet grondig genoeg hebt gedaan, wat ze zouden zeggen, wat jij zou denken, en dat soort dingen. Dan toch liever de buurvrouw die kwam vertellen dat het hele gebouw mee geniet van de planten op jouw balkon. Zou dat zo zijn?

Net traag genoeg weer naar huis fietsen. Stiekem hopen dat je nog net zult kunnen wuiven naar drie meisjes, twee kleine en een groot, die voorbij zouden moeten komen rijden. Het lukt. Misschien is er wel veel liefde in de wereld. In het algemeen. Liefde dan.

Geen opmerkingen: