15 april 2007

Wijzigingen


Een mens heeft recht op minstens één afwijking. In mijn geval is die ene waarschijnlijk dat ik er meer heb. Op die manier kom ik er gemakkelijker mee weg. Doet me denken aan vroeger. Wat zou je doen als je één wens mocht doen die zeker in vervulling zal gaan? Over die vraag had ik natuurlijk goed nagedacht. Ik kwam tot de conclusie dat één wens toch te weinig zou zijn. Dus zou mijn antwoord zijn dat ik elke dag een wens mocht doen die in vervulling zou gaan. Dat leek me veiliger qua levensverzekering.

Maar goed. In mijn ruime categorie afwijkingen zijn er vele die waarschijnlijk als ‘onnozel’ kunnen gekwalificeerd worden. Welnu, een van die onnozele is dat ik een pesthekel heb aan de functie in Word voor het zichtbaar maken of bijhouden van wijzigingen. Iedereen kent die waarschijnlijk wel. Er komen dan van die blauwe en rode lettertjes bij, en allerlei stippellijntjes en toestanden, zodra je iets wijzigt aan een tekst. Nadien zou je dan in een zogenaamd ‘handig’ overzicht kunnen zien welke dingen gewijzigd zijn. En dat zou dan het werk gemakkelijker moeten maken.

Brrrrrr…. Gruwelijk vind ik het, zo’n tekst met van die wijzigingen. Ongeveer even gruwelijk als de functie ‘fluorstift’ waarmee je een woord in je tekst in fluor kunt zetten. Op een gewoon papier vind ik het al zo vreselijk, die mensen die met zo’n reeks fluostiften in de hand hun aanval op de tekst inzetten.

We moeten in deze belangrijke kwestie meteen de grote morele termen boven halen. Het gaat hier namelijk over respect. Respect voor de tekst. Voor we op deze fundamentele kwestie ingaan, toch nog een meer pragmatische overweging. Het is ook gewoon ellende, als je een document krijgt, waarin iemand de functie ‘wijzigingen’ heeft ingeschakeld. Wat je ook doet, ineens komen daar al die dingen op het scherm. Tekstvreemde dingen. En je krijgt dat nooit weg…

Ten gronde dus. Ik wil een pleidooi houden voor de full frontal naaktheid van de tekst. Een tekst is niet zomaar een machine. Een tekst is geen anonieme hoop woorden, opgestapeld in symmetrische hoopjes van tien. Een tekst is geen zielloos ding. Een tekst is een lichaam, een levend lichaam.

Om goed te zijn, moet je de tekst kunnen bekijken zonder enige opmaak. Alleen de woorden. Nog niets in het vet, nog geen lijntjes ergens onder, nog geen grotere of genummerde titeltjes. De naakte, kwetsbare tekst. Die geen make-up heeft, geen lingerie die de aandacht kan afleiden, geen broek die benen en billen in een andere verhouding kan brengen.

Als je aan een tekst iets wilt wijzigen, dan doe je dat aan de hele tekst. En wat wijzigt, vloeit uit in de hele tekst. Die zichtbare wijzigingen doen niets anders dan een tekst deconstrueren, maar wel op een klinische manier. Het is alsof je dan alleen nog het litteken, de borst of de knie te zien krijgt. Ingezoomd. En zo losgeknipt van de tekst. En daardoor gaat er iets mis dat nooit meer goed komt. Als je dan klikt op ‘alle wijzigingen bijhouden’, weet je altijd wat waar gebeurde. Alsof je altijd de pleister zult zien, terwijl je een litteken zou moeten zien dat langzaam verdwijnt in de huid, en dus in zichzelf.

Een mens is niet gelijk aan de optelling van lichaamsonderdelen. Een buik of borst of bil, het betekent niets als je niet weet van wie ze zijn. Een mens is niet gelijk aan de aan- of afwezigheid van littekens. Een lichaam dat veranderde door een zwangerschap, is nog steeds hetzelfde lichaam, al is het anders. Een lichaam dat bewerkt is, waar stukken uit- of afgehaald zijn, en dat daarna weer aangevuld is, is hetzelfde lichaam, al is het anders, en al duurt het soms lang eer je kunt aanvaarden dat het hoewel anders niet veranderd is.

Op een welbepaalde manier is het met een tekst niet anders. Een zin wijzigen, moet je voorzichtig doen. Je herschrijft enkele woorden, je verandert enkele stukken van plaats, je voegt een nieuw onderdeel toe. En telkens blijft er de tekst, die je als geheel kunt blijven bekijken. Automatische functies die je laten zien wat er gewijzigd is, verhullen en ontzielen de tekst. Het is mooier om de tekst gewoon te herlezen, en enkel proberen te gissen wat er waar is veranderd. Misschien zal de tekst het je vertellen, misschien ook niet. En hoe ontroerend is het een tekst te lezen, en niet meer te weten hoe de vorige versie was. Gewoon voelen dat dit de tekst is die hij nu moet zijn.

Mededogen. Het blijft zo’n mooi woord. Als je spreekt over een tekst, wanneer iemand je heeft gevraagd om er een mening over te geven, dan is mededogen de mooiste houding. Voorzichtig luisteren naar de tekst terwijl je hem leest, en vanuit de tekst zelf zoeken naar wat zichzelf nog niet gevonden heeft. Niet de tekst lezen met de houding “wat staat er allemaal niet in”, of “welke tekst zou ik zelf geschreven hebben”. Een tekst wijzigen zou ook met mededogen moeten gebeuren. Anders herinneren de woorden zich wie hun onrecht aandeed. Dat denk ik toch…

Geen opmerkingen: