27 maart 2010

Een nuttige man

Netjes op tijd voor de zaterdagochtendboodschappen. De fiets gaat lekker de helling af, bijna aan de winkel. Klak! De ketting schiet eraf. Niets aan de hand zul je zeggen. Nou, dat valt nog te bezien. De ketting zit in een ingenieuze kettingkast, hermetisch gesloten ongetwijfeld.

Toch maar eerst de boodschappen. Een echt echte man zou vast en zeker hier ter plekke, zo naast de winkel, in het zicht van iedereen, die fiets ondersteboven gooien en met enkele vloeiende bewegingen en een staalharde blik het probleempje even klaren. Gelukkig ben ik geen echt echte man, ik zit meer in de lage provinciale afdelingen of zo.

Dus dan maar zogenaamd elegant met de fiets aan de hand naar huis wandelen. Ziet er ook al niet echt cool uit. In essentie dient een fiets om op te fietsen. En niet om een beetje lullig naast te lopen, ook al kijk je dan intelligent voor je uit. Dat valt op te lossen door naast iemand anders te lopen, dan lijkt het alsof je daarom gewoon niet fietst. En als je band zichtbaar plat is, is het ook nog wel uit te leggen. Niets van dat alles dus.

Eerst maar even een koffietje gaan drinken, en de andere boodschappen doen, met de andere fiets. Dan is dat al gebeurd. Bij thuiskomst eerst nog een ander excuus zoeken. Gelukkig zijn er altijd wel mails te checken. Qua aantal valt het wat tegen. Er is alleszins geen reden om niet meteen aan de fiets te beginnen. Zou ik toch niet eerst eten, en het uitstellen tot na de middag? Toch maar niet, spreekt iets mezelf streng toe. Niet uitstellen wat nu moet gebeuren. Vervelende klusjes verdwijnen niet uit zichzelf, meestal toch niet.

De straat op dan maar. De ruimte voor het huis is geen parkeerplaats, maar daar schijnt de hele wereld anders over te denken, vooral op zaterdag. Terwijl je aan je fiets staat te werken komt er de hele tijd commentaar van mensen die vinden dat ze het recht hebben hun auto daar te zetten. Rustig, en volstrekt niet geïntimideerd antwoord ik, of maak via het aangepast oogcontact duidelijk dat dit mijn plek is.

Nu even die fiets nog. Voor een gemiddelde man, van het nuttige type dan, wijst elk apparaat zichzelf uit. Dat vertelt die man zichzelf toch altijd. Dus zal de kettingkast ook zichzelf wel uitwijzen, qua smoothly verwijderen. Dus dan maar intelligent naar de kast kijken. Aha, daar zijn vier schroeven die kunnen verwijderd worden. Dat wordt simpel dus. De schroeven verwijderd, nu zal het gewoon even trekken zijn, en alles is gefikst. Niet dus. Het spul is niet in beweging te krijgen. Er wordt ondertussen nog steeds intelligent gekeken, alsof het apparaat zichzelf aan het uitwijzen is. Och, je kunt nog altijd verder werken na het eten, zegt iets in mezelf. Gewoon even die schroeven er weer in draaien. Wat trouwens met een inbussleutel moet gebeuren. Toch goed dat je je die term nog herinnert, maar was het nu inbus of imbus? Gelukkig hoort niemand je denken. O jee, de vierde schroef gaat er niet meer in. Er is blijkbaar toch iets bewogen.

Het zoontje van de buurvrouw zit ondertussen op de drempel van mijn deur te kijken naar hoe ik naar de fiets zit te kijken, en terwijl doe alsof ik met een gerichte strategie alsnog de klus zal klaren. De buurvrouw legt uit dat hij later zeker automecanicien zal worden. Ongetwijfeld. De woordenschat van het jongetje is nog relatief beperkt, wat neerkomt op zo’n twintig maal na elkaar zeggen “is kapot?”. Ik probeer hem uit te leggen dat onder de kettingkast dus een ketting zit, die losgekomen is, maar dat eerst die kast moet verwijderd worden. Het lijkt alsof het mantragewijs herhalen van “is kapot?” eigenlijk peuterjargon is voor “wat ben jij toch een sukkel”. Ongetwijfeld.

Nieuw plan. Toch maar de fiets binnen zetten en eten. Na het eten in het kader van de interne dialoog zoeken naar nieuwe oplossingen. Het is algemeen geweten dat mannen die zichzelf nuttig vinden, zo ongeveer alle mannen dus, vooral geen hulp vragen (ook nooit de weg vragen trouwens) en dapper verder blijven klooien. In de dialoog wordt geopperd dat het toch vragen van hulp een goede vorm van nieuwe man zou kunnen zijn. Er wordt gebeld dus uiteindelijk, wat enkel een voice mail oplevert. Daar zit ongetwijfeld een goddelijk plan achter.

Nog nieuwer plan. Een nuttige man geeft niet op. En ja, ergens tussen die hoop dringend (of ooit) op te ruimen papieren ligt nog een gebruiksaanwijzing van de fiets, met allerlei nuffige fips voor het zelf herstellen van de fiets. Volgens het boekje wijst het verwijderen van de kettingkast zichzelf uit. En anders wil de Gazelledealer je altijd graag advies geven. Er staan toch nog enkele foto’s bij, en een hoop onbegrijpelijke aanwijzingen. In elk geval, met een schroevendraaier moet je blijkbaar met een simpel klikje een deel van die kettingkast losklikken, en dan zou alles andermaal vanzelf moeten gaan.

Het klikje wordt uitgevoerd binnen in de gang. Is vreselijk onhandig, maar wel nuttig voor het niet in de openbaarheid brengen van een nog niet geheel nuttige man. Yes! Voor de rest van de operatie moet toch weer naar buiten uitgeweken worden. Ondertussen staat er een auto geparkeerd, tot op ongeveer 10 cm van de deur. Of meneer die auto even zou willen verzetten? Geen probleem.

De rest van het verhaal is samen te vatten als: de kettingkast eraf halen is opmerkelijk gemakkelijker dan het opnieuw bevestigen van de kettingkast. Maar ondertussen ligt de ketting er al terug op. De ketting stond ook droog trouwens, wat nu ook al niet meer het geval is. Nuttig dus! Als alles uiteindelijk gelukt is, komt net de buurvrouw terug thuis. Luid genoeg, zodat haar zoon het ook kan horen, zeg ik trots dat alles weer in orde is.

Ooit, als ik groot ben, word ik misschien nog wel een echt nuttige man. Je weet maar nooit.

Geen opmerkingen: