Als je lang genoeg naar het water kijkt
Zie je waar het kind op je wacht
Waar de rivier de oever betast
En waar het keren begint
En alles wat je zei en zag
Met te korte armen, aarzelend
Door de tijd, en wat je huid
Aan verdwijnen vermag
Misschien komen ze daar naar je toe
De woorden van het blijven, en
Wat het met je doet, en hoe je buigt
Bij het einde van de dag
Je weet het niet, en het is goed zo
Het water is genoeg, hoor je
Jezelf zeggen, voor je het
In je handen neemt
jan
Geen opmerkingen:
Een reactie posten