01 november 2006

Tunesmith Retrofit


De Amerikaanse gitarist-zanger Kelly Joe Phelps is al jaren een trouwe muzikale vriend. Op stille avonden, of een trage ochtend ga ik graag even terug naar een van zijn platen. Hij is een gitarist met een fenomenale techniek, die toch altijd bescheiden klinkt. Nooit wil hij imponeren of het effect boven de muziek stellen. Zijn muziek is sterk geworteld in de blues, maar waaiert ook uit naar folk, bluegrass en jazz.

De combinatie van zijn gitaarspel met die zachte introverte stem is wonderlijk. Bij zijn recente cd’s is de balans stilaan opgeschoven naar de songwriter. Je merkt dat de woorden meer naar voor zijn gekomen, en de gitaar meer ten dienste van de songs staat. In zijn nieuwste plaat Tunesmith Retrofit voel je dat zeer goed.

De teksten van de songs hier zijn heel poëtisch. De woorden lijken even voorzichtig als de muziek hun plaats te zoeken. Ze tasten een werkelijkheid af in verhalen. Waar het juist over gaat, weet je nooit, maar dat geeft niet.

In Crow’s Nest zie je twee mensen aan de rand van de rivier. Ze willen elkaars verhalen horen, of misschien ook niet. In Spanish Hands kijkt de man naar een geliefde. Hij wenst haar alle mooie dingen toe. Zelf lijkt hij ergens anders te zijn. Er is een afstand, misschien vooral tegenover zichzelf.

Scapegoat is een mooie en wat mysterieuze instrumental op banjo. Tight to the Jar klinkt zacht melancholisch. Het lijkt een verhaal van een warme zomeravond. Terugkijken op wat was, even hier zijn, en weer vertrekken. De man die hij nu is vervloeit met het jongetje dat hij ooit was. MacDougal is een opgewekt instrumentaal nummer, opgedragen aan Dave Van Ronk.

De melodie van Loud as Ears blijft in je hoofd zitten. Ik vermoed dat het zou kunnen gaan over twee oude mensen die in een huis naast en met elkaar leven. Red Light Nickel heeft iets van onderweg zijn, en daarin een bestemming gevonden hebben. Handful or Arrows is opgedragen aan Chris Witley, en drijft weer op een banjo.

Om een of andere reden kan ik nooit goed aparte nummers van Phelps onthouden. Maar ik herken ze meteen als ik de plaat hoor. Dat zegt misschien ook iets over zijn muziek. Je hoort een hele plaat, en de sfeer van die plaat. Soms lijken de woorden ook meer muziek dan woorden op zich. Ze vertellen een verhaal door de klank die ze tegelijk zijn. Je hoort Phelps zingen en het voelt alsof de woorden passen, maar je wilt tegelijk niet de woorden gaan lezen zonder de muziek erbij. Muziek en woorden verglijden in elkaar, en dat op een heel eigen, tedere wijze, die je stil maakt.

(Als je graag eens wilt zien hoe Kelly Joe Phelps speelt, dan kun je hier terecht in een oudere opname van Goodnight Irene.)

Geen opmerkingen: