05 mei 2020

Gedachten 49

Het sierlijk uit het bed floepen verloopt op sommige dagen subsierlijk.

Bij het scheren merk je dat het haar op je hoofd – wel degelijk nog aanwezig – toch nog steeds flink groeit. Dat zal aan die shampoo bar liggen.

Toen je een vriend voor het eerst weer zag enkele dagen geleden, was dat ook een van de vragen. Hoe je het doet, met je haar. Je kon vermelden dat belangwekkende haarwerkzaamheden door een vriendin waren uitgevoerd enkele uren voor de eerste maatregelen werden afgekondigd. Het is niet dat ze al heel erg wapperen in de wind, maar bij tegenwind kun je het verschil al merken.

Misschien waren de voorbije weken voor sommige vriendinnen het aangewezen moment om in het kader van de zen voor gevorderden de haaruitgroei qua opschuivende grijsgrens toe te laten. Grijs heeft het helemaal.

Als die serieuze meneer in het nieuws mag zeggen dat veilige seks leuk is en veilig winkelen dus ook, dan moet het mogelijk zijn dat de veiligheidsraad meedeelt dat grijs haar sexy is. Of zoiets.

Je zou niet weten welke kleur je rug heeft, kosmisch gezien, maar het is geen grijs.

Het is altijd pedagogisch verantwoord als anderen, die zichzelf wel heel macho vinden, je erop wijzen hoe dom je bent. Mensen die vroeger nog in een regering zaten, nu ook nog burgemeester zijn, en die verklaren dat door het voorzien van meer ruimte voor fietsers in Brussel een soort definitief hellend vlak is ontstaan dat zal leiden tot een onvermijdelijke breuk tussen Vlaanderen en Brussel. En jij begrijpt, met de beste wil van de wereld, niet wat die uitspraak zou kunnen betekenen. Jij zit waarschijnlijk in de provinciale afdeling op het vlak van intelligentie. Was Brussel trouwens niet de hoofdstad van Vlaanderen? Dus het feit dat er in die stad meer ruimte wordt gegeven zodat mensen op een veilige manier kunnen fietsen, terwijl er minder auto’s zijn, is dus een voldoende reden om een breuk te maken tussen het hart en de rest van het lichaam? Blijkbaar zal er een unieke genetische code zijn die ondubbelzinnig kan aangeven of je een echte Vlaming bent of niet, en in die code staat geschreven dat fietsen daar niet bij hoort, naast de vaststelling dat een echte Vlaming dus genetisch rechts en conservatief moet zijn. Dus als je als Vlaming de trein neemt naar Brussel, je daar verder verplaatst per fiets, om op bezoek te gaan bij vrienden die men ook als Vlamingen zou kunnen beschouwen, dan ben je dus een vijand van het Vlaamsche volk dat zich niet langer wil laten knechten door die volksvreemde kosmopolitische wezens die pleiten voor zuivere lucht en veilige schoolomgevingen? So be it. Je zult dat lot met trots dragen.

Het webinar is erg interessant. Je noteert in je verse schriftje. Je stelt een vraag aan de spreker via de Q&A-functie. De chatfunctie is voor vormelijke opmerkingen of zo. (Elke dag leer je weer iets bij. Straks ga je nog hip worden.) Een vraag die gesteld is, kan via duimpjes stijgen in de rangorde van voor te leggen vragen. Je vraag stijgt naar de derde plaats. De spreker, je kent hem al lang, antwoordt op korte doch zeer transparante wijze op jouw vraag of het niet een beetje niet slim is van de Vlaamse regering om zich tegen de Green Deal te verzetten. Pas na het webinar hoor je dat je collega in hetzelfde virtuele publiek zat.

Hoe gaat het met jou? Gaat het nog steeds goed met jou? Gaat alles nog goed met jou? Elke dag heb je een paar van die antwoorden nodig, denk je. Al klinkt nodig nog een beetje te hebberig misschien. Je bent een beetje uitgespreid – zo voelt het in jouw lichaam – over al die anderen die je zo dierbaar zijn. Het is iets als controleren of al je lichaamsdelen er nog wel zijn.

Je stopt iets vroeger met werken dan de vorige dagen. Er is te veel pijn. Bij de meditatie begint je buik weer te schudden. Dat is goed.

Het meisje fietst rustig heen en weer.

De twee buurvrouwen van de straat vooraan staan te tennissen op het plein. Zelfs bij het tennissen kijken ze altijd heel ernstig.

Je maakt een lijstje van dingen waar je geen fundamenteel bezwaar tegen zou hebben. Zoals een massage van zeven uur. Tot je helemaal beetgaar bent.

En andere dingen.

Misschien kan een bepaald soort zwaartekracht zich verzamelen in je lichaam.

Soms probeer je je voor te stellen hoe het zou zijn, die gewichtloosheid die aan de andere kant daarvan zou kunnen zijn. En die niet de jouwe zal zijn. Wat misschien ook niet zo erg is.

Sommige verhalen hebben hun eigen tijd.

Je kijkt naar de wind buiten.

Je kijkt naar je handen.

Soms zie je dan je grootvader. Net die paar weken voor hij zou sterven. Hoe hij probeerde zijn handen warm te krijgen, en hoe dat niet lukte. Hoe hij keek naar die handen. Met die trouwring die zo’n beetje losjes om die vinger draaide.

Misschien moet jij hem eens mee op stap nemen. Zoals hij dat vroeger met jou deed. Jouw kleine hand met de zijne in zijn warme jaszak. Van die groene loden jas.

Geen opmerkingen: