29 april 2020

Gedachten 43

De nacht in etappes. Je komt in verspreide onderdelen in de ochtend aan.

Je duwt alles weer een beetje in elkaar.

Misschien had je je niet traag genoeg in de nacht kunnen leggen.

Het zijn de tussenplekken die ontbreken, denk je soms, in de thuiswerkdagen. Je probeert er wel op te letten. Maar de rituele plekken tussen hier en daar zijn er niet meer zomaar. De trein bracht je van daar weer naar hier, je liep door de stad, onderweg nog langs de winkel. Het is geen oordeel, gewoon een vaststelling. Een lichaam heeft graag ook tussenplekken, tussen hier en daar.

Je leest het ook in de krant.

De krant ligt wel altijd in de andere kamer.

Iets over een jongetje.

Enkele kleinere puntjes van het lijstje afwerken, dat geeft een gevoel van enige controle over de werkelijkheid.

Als mensen aan de andere kant voorbij wandelen zien ze mogelijk door het raam bovenaan een witte glanzende vlek net boven de varens en onderaan wiebelende benen. Hopelijk kijken mensen enkel naar de varens.

De mevrouw daar aan de andere kant kijkt wel erg boos. Misschien is ze boos op de kosmos.

Het debat van de avond verder voorbereiden. Zinnetjes in je schriftje schrijven. Hopen dat ze er straks vlotjes in het Engels weer uitvloeien.

Verder knutselen aan het verslag. Een jaar in een document. Het lijkt op een bepaalde manier zo ver weg.

Je denkt aan iemand.

Fietsen in de wind.

Er mag nog veel regen komen, denk je. Misschien kan de regen de aarde een beetje helen.

Het woord helen is ingewikkeld. Nauwelijks uit te spreken. Het is te groot.

Weer thuis. Voor je verder werkt, probeer je van jezelf een tussenplek te maken. Voor heel even. Misschien kun je ook dat leren.

In documenten huizen geheime geesten. Bolletjes die verkeerd springen. Paginanummers die geen zin hebben om te veranderen. Roepen helpt niet echt. Alleen maar een beetje.

Aan de telefoon vertel je iets over kinderen. En de tijd.

Het meisje dat de hele tijd heen en weer fietst op het plein. Haar fiets is net een beetje te groot.

Bij het fijn gesneden witloof met de mayonaise net iets te veel azijn en net iets te veel peper doen. Mmm.

Misschien hebben woorden ook tussenplekken nodig, denk je. Terwijl je je bijna moet aanmelden voor het debat.

Joe Henry blijft nog even dicht bij je.

Je hoort al stemmen in het Engels, ergens in de verte.

Je denkt dat je iets gaat zeggen over poëzie. Er zou een moeilijke vraag kunnen komen over wat de wereld echt nodig heeft.

Iets over liefde in woorden.

Geen opmerkingen: