19 april 2020

The Death of Jesus

Met The Death of Jesus (vertaald als De dood van Jezus) heeft J.M. Coetzee na The Childhood of Jesus en The Schooldays of Jesus zijn trilogie afgerond. Na drie boeken kun je nog altijd niet goed zeggen wat voor soort boek dit is. Het laat je als lezer verwonderd en verward achter. Het is glashelder, en toch weet je niet helemaal zeker wat je ziet. Het speelt zich af op een nergensplek, maar zit toch vol van verwijzingen naar andere werelden. Je krijgt als lezer geen gemakkelijke verhaalinstrumenten die je veilig door een vertrouwd landschap loodsen. In het spiegelpaleis vol verwijzingen naar andere teksten zijn de personages alleen onderweg in een werkelijkheid die lijkt te ontsnappen. Het slotdeel van de trilogie brengt op een spannende en donkere manier een einde aan dit verhaal dat ergens onder je huid blijft hangen.

In de drie boeken gaat het over de jongen David. (De naam Jezus komt nergens voor, alleen in de titel.) Als kleine jongen kwam die met een schip aan in een vreemd land. De overtocht over zee deed alle herinneringen verdwijnen. Hij weet dus niet wie zijn echte ouders zijn of waar hij vandaan komt. Hij komt onder de hoede van Simón en Inés. Zij zijn geen koppel. Samen worden ze een soort nieuw samengesteld gezin. David is een dwarse, levendige jongen die zichzelf de dingen leert en daarom niet op de gewone school wil blijven. Hij gaat naar een dansschool waar hij op eigenzinnige wijze zelf een soort leraar wordt. Zijn trouwe metgezel is het boek Don Quichot, dat voor hem een soort sleutel tot het begrijpen van de wereld is.

In dit derde boek is de jongen tien jaar. Terwijl hij voetbalt met de buurtjongens, wordt hij opgemerkt door de directeur van het lokale weeshuis. Die vraagt of hij in de ploeg van het weeshuis wil komen voetballen. Competitie zou hem goed doen. David gaat erop in, en verhuist meteen ook zelf naar het weeshuis. Hij laat zijn ouders, die niet echt zijn ouders zijn, achter omdat hij een wees is in deze wereld, en dus thuis zou horen in een weeshuis. David wordt ziek. In het ziekenhuis weet men niet hoe men de mysterieuze ziekte waar hij aan lijdt moet aanpakken en hij sterft.

In dit boek komt Simón meer dan in de vorige naar voor als een actief personage dat probeert greep te krijgen op de ontwikkelingen. Hij weet dat hij de vader niet is, maar voelt zich wel een vader en wil alleszins alles doen om David in de wereld te houden. Maar wat betekent het om een vader te zijn? Wat betekent het om man en vrouw te zijn? Wat is een gezin? De gebeurtenissen stellen al die begrippen op de proef. En David is een jongen die daarnaast ook eindeloos doorgaat met het stellen van vragen.

David is een intrigerende jongen. Je ziet heel erg veel verwijzingen naar het Jezusverhaal, die tegelijk ook doodlopen. David is zich precies bewust van een hogere opdracht die hij heeft, alsof hij een soort boodschap of hogere wijsheid moet brengen. Hij kent rare goocheltrucs en vertelt verhalen. Hij voorvoelt dat hij gaat sterven en verlangt naar een ander leven waarin hij normaal zou kunnen zijn, in een normaal lichaam. Waar hij op het ene moment als een verwend kind weggaat van zijn gezin in deze wereld, is er later ineens iets als een grote vertrouwdheid met Simón. Maar alles is aan interpretatie onderhevig, er zijn versies van de werkelijkheid. Als je vanuit de ogen van Simón kijkt, is het alsof hij veel ruimte geeft aan de eigenzinnigheid van David. Het is alsof hij al lang heeft beseft dat die jongen zijn eigen weg moet gaan, in zijn eigen universum. Hij probeert aanwezig te zijn en toch iets te maken van het gezin. Inés verwijt hem dan weer dat hij een slappeling is. Ze weten niets van elkaar, na al die tijd. Ook zij draagt een gewicht op haar schouders. Ze wil vechten voor David, maar loopt vast op een anoniem systeem van weeshuis en ziekenhuis. Er is ook Dmitri. In het tweede deel werd die als misdadiger veroordeeld. In dit derde deel beweegt hij ineens rond in het ziekenhuis. Hij spreekt over David als over zijn meester, hij is zijn volgeling. Het lijkt alsof er een band tussen Dmitri en David bestaat waar de anderen niets van weten. Dmitri heeft ook een heel andere versie van hoe David zou gedacht hebben over zijn zogenaamde ouders dan Simón en Inés denken. Is Simón zelf trouwens ook een volgeling (als een soort Petrus)?

Er is sprake van een belangrijke boodschap, die David voor zijn dood zou hebben doorgegeven. Daarvan blijkt echter weinig te kloppen. David stierf te vroeg. We zullen het nooit weten. Dmitri wil blijkbaar nog een verering van David organiseren en zo zijn dood overwinnen in een nieuw leven. Simón hoopt stiekem toch nog in een min of meer echt gezin terecht te komen.

De kracht van Coetzee is dat hij een taal heeft die schijnbaar heel erg eenvoudig en transparant is en dat hij daarmee een werkelijkheid creëert die toch vervreemdend is. Als lezer krijg je geen gemakkelijke cadeaus. Er is geen verteller die je bij de hand neemt. Er zijn geen personages die min of meer afgerond en kenbaar zijn. Het hele verhaal lijkt zich voor te doen als een grote allegorie. Maar al lezend krijg je ook niet het gevoel dat je gemakkelijk zou kunnen zien waarvoor dit alles dan zou staan. Het is alsof je in een doolhof van betekenissen terechtkomt. Misschien is dat zelf wel de betekenis. Bij dat alles is er de grote kracht van de Bijbel, de filosofie (onder meer in de eindeloze discussies die David voert) en van de grote roman (in dit geval Don Quichot). Teksten verwijzen naar elkaar, en dat is het universum waar je als lezer in beweegt. Dat is tegelijk vol van betekenis en ook absurd, niet te vatten. Jezus is gestorven. De grote wijsheid die alles bij elkaar zou hebben gebracht en ook inzicht zou hebben gegeven in alle dingen, is niet geopenbaard, of is er gewoon niet. En misschien zegt Coetzee op die manier wel iets over wat literatuur is en wat het leven is.

Geen opmerkingen: